Wesley Sneijder, Nederland-Japan 2009
Wat lekker brutaal is bij kleine kinderen, kan knap irritant worden als ze opgroeien. Zodra ze het schattigheidsstadium zijn ontstegen, wordt hun gedrag op basis van andere normen beoordeeld. Meestal zorgt opvoeding ervoor dat met het klimmen der jaren gedrag wordt bijgestuurd.Uitspraken worden genuanceerder, handelingen worden socialer, respect voor anderen neemt toe. Neem Robin van Persie, ooit een onuitstaanbare egotripper, die bij Arsenal zijn scherpe randjes weg heeft laten slijpen. Typisch geval van volwassen worden. Moet nog oppassen, anders is hij al een vaderfiguur voor jonge collega’s ruim voordat hij dertig is.
Zo niet Wesley Sneijder. Was hij als jonge international een openbaring vanwege zijn directe spel en zelfbewuste houding, gaandeweg wekte zijn primaire, assertieve gedrag steeds meer weerstand in de kring van mede-internationals. Sneijder bleek wat je noemt ‘een mannetje’. Hij stak niet alleen met zijn voeten, maar had ook een scherpe tong. Met hem in de buurt moest je altijd op je hoede zijn, want elke opmerking kon weersproken worden, elk woord lokte een weerwoord uit en elk verkeerd woord was reden voor spot of wraak, zo niet meteen, dan wel later op het trainingsveld. Alles was erop gericht de hiërarchie in stand te houden, met Sneijder als de meest getalenteerde en dus als degene met het meeste recht van spreken.
Bijzonder te vrezen waren de momenten dat hij zijn zin niet kreeg. Behalve een vernietigende blik kon de verstoorder van zijn geluk dan ook rekenen op uitzinnige drift, desnoods pas dagen later. Zelden zal er opeen reservebank zoveel stoom uit de oren van een speler zijn gekomen als in de ArenA op 28 maart 2009, toen Sneijder daarop moest plaatsnemen tijdens het wk-kwalificatieduel tegen Schotland. Hij zat na afloop, ondanks een invalbeurt, al in de taxi toen de andere spelers nog moesten douchen. Ook zwijgend en zelfs door afwezig te zijn kon hij de sfeer in een groep volledig bepalen.
Onbegrijpelijk is die houding natuurlijk niet. Bij Ajax is er in het verleden weinig gedaan om hem te beteugelen. Hij was die kleine jongen die niet brutaal genoeg kon zijn om zich de kaas niet van het brood te laten eten. Prachtig vonden ze zijn felheid en verbetenheid. Daar konden anderen een voorbeeld aan nemen. Bij Real Madrid was het ieder voor zich en liepen er nog een paar met zijn allure. De status die profvoetballers daar hebben, had hem er zelfs toe gebracht om te breken met zijn jeugdliefde en hun zoontje. Als vervangster vond hij in de televisiewereld Yolanthe, die beter bij zijn status paste en geschikt leek om de concurrentie met Sylvie aan te gaan. Ook in de liefde moest immers aan de hiërarchie worden gedacht.
En bij zijn volgende club Inter trof hij de meest aansprekende pleegvader die hij zich kon wensen: José Mourinho, The Special One. Sneijder zag veel overeenkomsten tussen hen, zei hij. En Mourinho nam Sneijder maar al te graag onder zijn hoede. De Portugees had altijd al een knuffelbeertje willen hebben en kon op zijn beurt weer een treetje hoger komen dankzij de bevestiging van zijn kwaliteiten door het Nederlandse baasje.
Dus werd Sneijder opnieuw de kans ontnomen om genuanceerder te worden met het ouder worden. In plaats daarvan verhardde hij in zijn overtuigingen en werd hij steeds dominanter. Niet alleen van zijn medespelers en coach verwachtte hij dat ze hem de erkenning gaven die hem paste, maar ook zijn tegenstanders dienden zich aan zijn gezag te onderwerpen. Zolang ze zelf niet tot de absolute wereldtop behoorden, moesten ze hun plaats weten. Dan mocht hij misschien een klein mannetje zijn, hij was ze wel de baas.
Helaas waren niet alle tegenstanders vlot van begrip. De Japanners die de Nederlandersin 2009 in Enschede vriendschappelijk partij kwamen bieden, traden het Nederlandse middenveld onverschrokken tegemoet. Dat ontlokte eerst Nigel de Jong een keiharde overtreding toen hij de bal te ver van zijn voet liet stuiteren. Maar ja, Nigel loopt nou eenmaal door, dat hoort bij zijn spel. Is niet altijd leuk, maar een uiterste poging om een fout te herstellen kun je hem niet kwalijk nemen. Zonder gele kaart heeft Nigel niet echt gevoetbald.
Erger was wat een paar minuten later gebeurde. Blijkbaar had Sneijder zich enorm lopen ergeren aan de strijdlust van de Japanners. Wat dachten die wel, dat ze zich met zijn ploeg konden meten? Je zag aan zijn aanloop wat de Japanner Hasebe in balbezit te wachten stond. Met de benen vooruit sprong Sneijder bovenop zijn enkels, zoals hij op de training ook wel eens met een onwillige teamgenoot had gedaan. De ultieme wraakactie van een verongelijkt kind. Zelfs bondscoach Van Marwijk sprak er na afloop schande van en bood zijn excuses aan de Japanse bondscoach aan. Dat de Japanner Honda Sneijder in de 78ste minuut met een tackle een enkelblessure bezorgde, kun je spelen met vuur noemen, nu Japan en Nederland aan elkaar gekoppeld zijn op het wk in Zuid-Afrika.
Toch heeft de explosie van frustratie bij Sneijder een keerzijde. Als hij zich heeft kunnen afreageren, is de stoom van de ketel. Niet eens zo gek lang na zijn schandalige overtreding op Hasebe schoot hij de bal van een meter of achttien volkomen beheerst langs de keeper. Dat dan weer wel. Uiteindelijk is dat toch wat we moeten koesteren. Want waarom zou een topsporter eigenlijk aardig of sociaal moeten zijn?
Zo niet Wesley Sneijder. Was hij als jonge international een openbaring vanwege zijn directe spel en zelfbewuste houding, gaandeweg wekte zijn primaire, assertieve gedrag steeds meer weerstand in de kring van mede-internationals. Sneijder bleek wat je noemt ‘een mannetje’. Hij stak niet alleen met zijn voeten, maar had ook een scherpe tong. Met hem in de buurt moest je altijd op je hoede zijn, want elke opmerking kon weersproken worden, elk woord lokte een weerwoord uit en elk verkeerd woord was reden voor spot of wraak, zo niet meteen, dan wel later op het trainingsveld. Alles was erop gericht de hiërarchie in stand te houden, met Sneijder als de meest getalenteerde en dus als degene met het meeste recht van spreken.
Bijzonder te vrezen waren de momenten dat hij zijn zin niet kreeg. Behalve een vernietigende blik kon de verstoorder van zijn geluk dan ook rekenen op uitzinnige drift, desnoods pas dagen later. Zelden zal er opeen reservebank zoveel stoom uit de oren van een speler zijn gekomen als in de ArenA op 28 maart 2009, toen Sneijder daarop moest plaatsnemen tijdens het wk-kwalificatieduel tegen Schotland. Hij zat na afloop, ondanks een invalbeurt, al in de taxi toen de andere spelers nog moesten douchen. Ook zwijgend en zelfs door afwezig te zijn kon hij de sfeer in een groep volledig bepalen.
Onbegrijpelijk is die houding natuurlijk niet. Bij Ajax is er in het verleden weinig gedaan om hem te beteugelen. Hij was die kleine jongen die niet brutaal genoeg kon zijn om zich de kaas niet van het brood te laten eten. Prachtig vonden ze zijn felheid en verbetenheid. Daar konden anderen een voorbeeld aan nemen. Bij Real Madrid was het ieder voor zich en liepen er nog een paar met zijn allure. De status die profvoetballers daar hebben, had hem er zelfs toe gebracht om te breken met zijn jeugdliefde en hun zoontje. Als vervangster vond hij in de televisiewereld Yolanthe, die beter bij zijn status paste en geschikt leek om de concurrentie met Sylvie aan te gaan. Ook in de liefde moest immers aan de hiërarchie worden gedacht.
En bij zijn volgende club Inter trof hij de meest aansprekende pleegvader die hij zich kon wensen: José Mourinho, The Special One. Sneijder zag veel overeenkomsten tussen hen, zei hij. En Mourinho nam Sneijder maar al te graag onder zijn hoede. De Portugees had altijd al een knuffelbeertje willen hebben en kon op zijn beurt weer een treetje hoger komen dankzij de bevestiging van zijn kwaliteiten door het Nederlandse baasje.
Dus werd Sneijder opnieuw de kans ontnomen om genuanceerder te worden met het ouder worden. In plaats daarvan verhardde hij in zijn overtuigingen en werd hij steeds dominanter. Niet alleen van zijn medespelers en coach verwachtte hij dat ze hem de erkenning gaven die hem paste, maar ook zijn tegenstanders dienden zich aan zijn gezag te onderwerpen. Zolang ze zelf niet tot de absolute wereldtop behoorden, moesten ze hun plaats weten. Dan mocht hij misschien een klein mannetje zijn, hij was ze wel de baas.
Helaas waren niet alle tegenstanders vlot van begrip. De Japanners die de Nederlandersin 2009 in Enschede vriendschappelijk partij kwamen bieden, traden het Nederlandse middenveld onverschrokken tegemoet. Dat ontlokte eerst Nigel de Jong een keiharde overtreding toen hij de bal te ver van zijn voet liet stuiteren. Maar ja, Nigel loopt nou eenmaal door, dat hoort bij zijn spel. Is niet altijd leuk, maar een uiterste poging om een fout te herstellen kun je hem niet kwalijk nemen. Zonder gele kaart heeft Nigel niet echt gevoetbald.
Erger was wat een paar minuten later gebeurde. Blijkbaar had Sneijder zich enorm lopen ergeren aan de strijdlust van de Japanners. Wat dachten die wel, dat ze zich met zijn ploeg konden meten? Je zag aan zijn aanloop wat de Japanner Hasebe in balbezit te wachten stond. Met de benen vooruit sprong Sneijder bovenop zijn enkels, zoals hij op de training ook wel eens met een onwillige teamgenoot had gedaan. De ultieme wraakactie van een verongelijkt kind. Zelfs bondscoach Van Marwijk sprak er na afloop schande van en bood zijn excuses aan de Japanse bondscoach aan. Dat de Japanner Honda Sneijder in de 78ste minuut met een tackle een enkelblessure bezorgde, kun je spelen met vuur noemen, nu Japan en Nederland aan elkaar gekoppeld zijn op het wk in Zuid-Afrika.
Toch heeft de explosie van frustratie bij Sneijder een keerzijde. Als hij zich heeft kunnen afreageren, is de stoom van de ketel. Niet eens zo gek lang na zijn schandalige overtreding op Hasebe schoot hij de bal van een meter of achttien volkomen beheerst langs de keeper. Dat dan weer wel. Uiteindelijk is dat toch wat we moeten koesteren. Want waarom zou een topsporter eigenlijk aardig of sociaal moeten zijn?