Onwaardig verlies (24 februari 2012)
Het schijnt dat Alex Ferguson voor de eerste Europa League-wedstrijd tegen Ajax door de Arena liep en diep onder de indruk was van de spelersportretten die hij daar zag hangen. Dat is een nadeeltje van een coach op leeftijd: hij weet te veel van de historie van zijn tegenstanders. Het duurde daarom even voor Ferguson zich realiseerde: wij spelen tegen een heel ander Ajax.
Wat zal zijn opluchting groot geweest zijn, zeker toen op het veld bleek dat Ajax inderdaad zonder Cruijff, Van Basten, Bergkamp, Jonk, Blind, de broertjes De Boer en nog wat van die kanjers aantrad. Zelfs Ling verscheen niet op het veld. Hij had die namen toch veelvuldig opgevangen en sommigen had hij in levenden lijve gezien. Maar de echte spelers bleken jonkies van wie weinig viel te vrezen. Bergkamp en De Boer zaten wel op de bank, zag hij tot zijn schrik, maar daar bleef het ook bij.
Voor de return in Manchester had hij zijn lesje geleerd. Zonde om de tijd van zijn vedetten hiermee te verdoen. In het weekend wachtte de lastige wedstrijd tegen Norwich City, dus daar mochten Rooney, Giggs, Scholes, Carrick, Evra en Evans zich vast op voorbereiden. Dat klusje tegen Ajax kon de rest wel af.
Beetje wrang voor de club uit Nederland met die enorme historie: als je dan toch afgedroogd wordt door een topclub anno nu, laat het dan door de beste spelers gebeuren. Dat die Rooney in Amsterdam de hele wedstrijd heeft lopen slapen, weet achteraf niemand meer. Maar er is tenminste wel verloren van Rooney.
Verloren werd er in Manchester zowaar niet. Gewonnen zelfs, wat door de media aangegrepen werd om de loftrompet te steken over Ajax. De primeur van een Nederlandse overwinning op Old Trafford, of hoe dat stadion tegenwoordig ook heet, werd breed uitgemeten. Een stunt, een schitterend resultaat, met opgeheven hoofd, dat soort kreten.
Gelukkig bleek Frank de Boer na afloop niet verblind door historisch besef. Bloedchagrijnig stelde hij vast dat zijn team juist een enorme kans had laten liggen om historie te schrijven. Tegen een onvolwassen tegenstander misschien, met een achterhoede van gemiddeld 21 jaar, maar dat weet later niemand meer. ‘We hebben helemaal niet goed gespeeld. We hadden veel te veel respect voor de tegenstander. Er zat veel meer in. Ik was ook erg boos in de rust. Het was Ajax onwaardig, slordig en dat was totaal onnodig. We hadden hier gewoon met 3-1, of meer, moeten winnen.’
Ajax had wat De Boer betreft helemaal niet gewonnen, maar verloren. En nog onwaardig ook. Het siert de trainer De Boer. Geen gezeur over de grootsheid van de tegenstander, zoals Ferguson doet, die beweert dat Ajax al vijftig jaar hetzelfde speelt en daarmee suggereert dat het in de Europese voetbalwereld nog steeds iets voorstelt.
Een aardige geste van Ferguson, dat wel, hoewel hij daarmee eerder maskeert dat het ook voor United een onwaardig verlies was. Geef mij dan maar het eerlijke chagrijn van De Boer.
Het schijnt dat Alex Ferguson voor de eerste Europa League-wedstrijd tegen Ajax door de Arena liep en diep onder de indruk was van de spelersportretten die hij daar zag hangen. Dat is een nadeeltje van een coach op leeftijd: hij weet te veel van de historie van zijn tegenstanders. Het duurde daarom even voor Ferguson zich realiseerde: wij spelen tegen een heel ander Ajax.
Wat zal zijn opluchting groot geweest zijn, zeker toen op het veld bleek dat Ajax inderdaad zonder Cruijff, Van Basten, Bergkamp, Jonk, Blind, de broertjes De Boer en nog wat van die kanjers aantrad. Zelfs Ling verscheen niet op het veld. Hij had die namen toch veelvuldig opgevangen en sommigen had hij in levenden lijve gezien. Maar de echte spelers bleken jonkies van wie weinig viel te vrezen. Bergkamp en De Boer zaten wel op de bank, zag hij tot zijn schrik, maar daar bleef het ook bij.
Voor de return in Manchester had hij zijn lesje geleerd. Zonde om de tijd van zijn vedetten hiermee te verdoen. In het weekend wachtte de lastige wedstrijd tegen Norwich City, dus daar mochten Rooney, Giggs, Scholes, Carrick, Evra en Evans zich vast op voorbereiden. Dat klusje tegen Ajax kon de rest wel af.
Beetje wrang voor de club uit Nederland met die enorme historie: als je dan toch afgedroogd wordt door een topclub anno nu, laat het dan door de beste spelers gebeuren. Dat die Rooney in Amsterdam de hele wedstrijd heeft lopen slapen, weet achteraf niemand meer. Maar er is tenminste wel verloren van Rooney.
Verloren werd er in Manchester zowaar niet. Gewonnen zelfs, wat door de media aangegrepen werd om de loftrompet te steken over Ajax. De primeur van een Nederlandse overwinning op Old Trafford, of hoe dat stadion tegenwoordig ook heet, werd breed uitgemeten. Een stunt, een schitterend resultaat, met opgeheven hoofd, dat soort kreten.
Gelukkig bleek Frank de Boer na afloop niet verblind door historisch besef. Bloedchagrijnig stelde hij vast dat zijn team juist een enorme kans had laten liggen om historie te schrijven. Tegen een onvolwassen tegenstander misschien, met een achterhoede van gemiddeld 21 jaar, maar dat weet later niemand meer. ‘We hebben helemaal niet goed gespeeld. We hadden veel te veel respect voor de tegenstander. Er zat veel meer in. Ik was ook erg boos in de rust. Het was Ajax onwaardig, slordig en dat was totaal onnodig. We hadden hier gewoon met 3-1, of meer, moeten winnen.’
Ajax had wat De Boer betreft helemaal niet gewonnen, maar verloren. En nog onwaardig ook. Het siert de trainer De Boer. Geen gezeur over de grootsheid van de tegenstander, zoals Ferguson doet, die beweert dat Ajax al vijftig jaar hetzelfde speelt en daarmee suggereert dat het in de Europese voetbalwereld nog steeds iets voorstelt.
Een aardige geste van Ferguson, dat wel, hoewel hij daarmee eerder maskeert dat het ook voor United een onwaardig verlies was. Geef mij dan maar het eerlijke chagrijn van De Boer.
Kampioensaspiraties (21 februari 2012)
Harry van Raaij, de oud-voorzitter van PSV, is nog altijd amusant, en niet alleen in de carnavaleske uitvoering van Erik van Muiswinkel. De sluwe baas is inmiddels oud, maar nog altijd geslepen. Vorige week lokte hij op de lokale Eindhovense zender 040 TV Mark van Bommel in de val door hem op te bellen, maar er niet bij te zeggen dat ze in de uitzending zaten. Wat Mark er van zou vinden om bij zijn mogelijke terugkeer naar PSV geconfronteerd te worden met zijn voormalige Bayern-trainer Louis van Gaal. Dat bleek Mark zachtjes uitgedrukt niet heel erg op prijs te stellen, hetgeen hij uitte in minder zachte bewoordingen. PSV zou naar Mark kunnen fluiten als Van Gaal de opvolger van Fred Rutten zou worden.
Ik kreeg sterk de indruk dat Van Raaij zelf ook niet op Van Gaal zit te wachten en de ferme taal van Van Bommel goed kon gebruiken. Missie geslaagd dus, want ze willen bij PSV Van Bommel maar wat graag nog een paar jaartjes inzetten. Het opzetje dreigde alleen wel ten koste te gaan van de goede relatie met Van Bommel, die zijn privé-uitingen openbaar zag worden en not amused was. Van Raaij had wat uit te leggen.
Dat schijnt hij te hebben gedaan, waarna Van Bommel zijn excuses heeft aanvaard. Maar Van Raaij kon het niet laten in een nieuwe uitzending van 040 TV zijn actie alsnog een zweem van aanvaardbaarheid mee te geven. ‘Iedereen weet nu wel waar we aan toe zijn. De combinatie Van Bommel en Van Gaal kan niet.’
Van Raaij die de kastanjes uit het vuur heeft gehaald voor de Van Gaal-haters. En misschien zelfs wel voor Van Bommel. Het klinkt net een beetje te veel als een neuroloog die beweert dat het Nederlandse volk gebaat is bij de positieve duidelijkheid die hij verschaft heeft door misbruik te maken van vertrouwelijke informatie over de gezondheidstoestand van een prins, verkregen van een behandelend arts die hij nota bene zelf heeft laten oppiepen met het voorwendsel dat hij als bekende van de familie misschien van dienst zou kunnen zijn.
Ondertussen heeft Van Raaij de smaak van het beïnvloeden via de media te pakken gekregen. Als een ware leerling van Cruijff gaf hij, na nog wat gespeculeer over kandidaten voor het trainerschap, voor 040 TV zijn oordeel over het spel van PSV tegen FC Groningen. ‘Dat was toch eigenlijk doldriest en onbegrijpelijk. Vermoeidheid? Dat vind ik overtrokken. In die mate mag dat niet voorkomen.’
En in één moeite door keek Harry zonder enig mededogen vooruit naar de wedstrijd van komend weekend. ‘Als we thuis Feyenoord niet aan kunnen, dan moeten we onze titelaspiraties maar wegleggen. Deze wedstrijd moeten we gewoon winnen.’
Nou, dat zal aangekomen zijn in Eindhoven. Harry zet de boel op scherp. De alarmklokken luiden.
Get serious, Harry. Je kunstje met Van Bommel was effectief, maar je invloed op het voetbal lijkt me toch echt voorbij. Feyenoord komt zonder Guidetti. Dat zou elke tegenstander wel willen. En als PSV het dan nog voor elkaar krijgt om te verliezen, komt het de week erna heus wel weer goed. Als PSV met deze ploeg geen kampioen wordt, is Van Gaal meer nodig dan Van Bommel om de boel weer vlot te trekken.
Er is maar één ploeg die komend weekend moet vrezen voor het verlies van de kampioensaspiraties die het ineens weer toegedicht krijgt, en dat is Feyenoord.
Harry van Raaij, de oud-voorzitter van PSV, is nog altijd amusant, en niet alleen in de carnavaleske uitvoering van Erik van Muiswinkel. De sluwe baas is inmiddels oud, maar nog altijd geslepen. Vorige week lokte hij op de lokale Eindhovense zender 040 TV Mark van Bommel in de val door hem op te bellen, maar er niet bij te zeggen dat ze in de uitzending zaten. Wat Mark er van zou vinden om bij zijn mogelijke terugkeer naar PSV geconfronteerd te worden met zijn voormalige Bayern-trainer Louis van Gaal. Dat bleek Mark zachtjes uitgedrukt niet heel erg op prijs te stellen, hetgeen hij uitte in minder zachte bewoordingen. PSV zou naar Mark kunnen fluiten als Van Gaal de opvolger van Fred Rutten zou worden.
Ik kreeg sterk de indruk dat Van Raaij zelf ook niet op Van Gaal zit te wachten en de ferme taal van Van Bommel goed kon gebruiken. Missie geslaagd dus, want ze willen bij PSV Van Bommel maar wat graag nog een paar jaartjes inzetten. Het opzetje dreigde alleen wel ten koste te gaan van de goede relatie met Van Bommel, die zijn privé-uitingen openbaar zag worden en not amused was. Van Raaij had wat uit te leggen.
Dat schijnt hij te hebben gedaan, waarna Van Bommel zijn excuses heeft aanvaard. Maar Van Raaij kon het niet laten in een nieuwe uitzending van 040 TV zijn actie alsnog een zweem van aanvaardbaarheid mee te geven. ‘Iedereen weet nu wel waar we aan toe zijn. De combinatie Van Bommel en Van Gaal kan niet.’
Van Raaij die de kastanjes uit het vuur heeft gehaald voor de Van Gaal-haters. En misschien zelfs wel voor Van Bommel. Het klinkt net een beetje te veel als een neuroloog die beweert dat het Nederlandse volk gebaat is bij de positieve duidelijkheid die hij verschaft heeft door misbruik te maken van vertrouwelijke informatie over de gezondheidstoestand van een prins, verkregen van een behandelend arts die hij nota bene zelf heeft laten oppiepen met het voorwendsel dat hij als bekende van de familie misschien van dienst zou kunnen zijn.
Ondertussen heeft Van Raaij de smaak van het beïnvloeden via de media te pakken gekregen. Als een ware leerling van Cruijff gaf hij, na nog wat gespeculeer over kandidaten voor het trainerschap, voor 040 TV zijn oordeel over het spel van PSV tegen FC Groningen. ‘Dat was toch eigenlijk doldriest en onbegrijpelijk. Vermoeidheid? Dat vind ik overtrokken. In die mate mag dat niet voorkomen.’
En in één moeite door keek Harry zonder enig mededogen vooruit naar de wedstrijd van komend weekend. ‘Als we thuis Feyenoord niet aan kunnen, dan moeten we onze titelaspiraties maar wegleggen. Deze wedstrijd moeten we gewoon winnen.’
Nou, dat zal aangekomen zijn in Eindhoven. Harry zet de boel op scherp. De alarmklokken luiden.
Get serious, Harry. Je kunstje met Van Bommel was effectief, maar je invloed op het voetbal lijkt me toch echt voorbij. Feyenoord komt zonder Guidetti. Dat zou elke tegenstander wel willen. En als PSV het dan nog voor elkaar krijgt om te verliezen, komt het de week erna heus wel weer goed. Als PSV met deze ploeg geen kampioen wordt, is Van Gaal meer nodig dan Van Bommel om de boel weer vlot te trekken.
Er is maar één ploeg die komend weekend moet vrezen voor het verlies van de kampioensaspiraties die het ineens weer toegedicht krijgt, en dat is Feyenoord.
Kommer en kwel (19 februari 2012)
Het was bij PSV en AZ wel even wennen. Na prachtige Europese wedstrijden klopte er in de competitie helemaal niets meer van. Zowel Verbeek als Rutten wisten niet wat ze met hun team aan moesten. Ze hadden zich vreselijk geërgerd aan de spelopvatting en –uitvoering van hun spelers. Zelfs de meest ervaren spelers vielen door de mand.
Verbeek verwoordde zijn ongenoegen het mooiste: ‘Ik had de spelers niet de opdracht gegeven om slap aan de wedstrijd te beginnen.’ En: ‘De wijze waarop wij aan de wedstrijd begonnen was het sleutelmoment.’ En: ‘Ik mocht er in de rust geen elf wisselen.’
Dat we het weten: aan Verbeek had het niet gelegen. Hoewel ik me ook zomaar zou kunnen voorstellen dat het de taak is van de coach om zijn spelers juist enorm goed aan de wedstrijd te laten beginnen, zeker als je vermoed dat dat wel eens het sleutelmoment zou kunnen zijn. En dat zijn dan ook weer belangrijke aspecten van je taak: dat je dat vermoeden hebt en dat je het belang daarvan kunt overbrengen op je team. Het is niet voor het eerst dat topclubs na Europese inspanningen klusjes in Utrecht of Groningen te klaren hebben.
Ook bijzonder, bij PSV. Rechtsback Manolev krijgt zijn tweede gele kaart vanwege een schwalbe in het strafschopgebied van Groningen. Rechtsbuiten Labyad veroorzaakt de derde Groningen-goal door als laatste man te gaan pingelen. Totaalvoetbal is mooi, maar je vraagt je toch af of Rutten de opstelling vooraf goed heeft doorgesproken.
Qua niveau is het natuurlijk abominabel, maar het maakt de competitie erg leuk. Laten we hopen dat trainers van clubs als Groningen en Utrecht hun teams wel goed blijven voorbereiden, dan houden zes clubs tot het einde kans op het kampioenschap.
Een puntje van aandacht is er wel voor Pieter Huistra van Groningen: leg die Koreaanse Suk even uit wat een publiekswissel inhoudt, anders vergaat die jongen de lust van zo’n prachtige derde goal snel. Je zág hem denken: sta ik een keer in de basis, scoor ik twee keer, is het nóg niet goed…
Het was bij PSV en AZ wel even wennen. Na prachtige Europese wedstrijden klopte er in de competitie helemaal niets meer van. Zowel Verbeek als Rutten wisten niet wat ze met hun team aan moesten. Ze hadden zich vreselijk geërgerd aan de spelopvatting en –uitvoering van hun spelers. Zelfs de meest ervaren spelers vielen door de mand.
Verbeek verwoordde zijn ongenoegen het mooiste: ‘Ik had de spelers niet de opdracht gegeven om slap aan de wedstrijd te beginnen.’ En: ‘De wijze waarop wij aan de wedstrijd begonnen was het sleutelmoment.’ En: ‘Ik mocht er in de rust geen elf wisselen.’
Dat we het weten: aan Verbeek had het niet gelegen. Hoewel ik me ook zomaar zou kunnen voorstellen dat het de taak is van de coach om zijn spelers juist enorm goed aan de wedstrijd te laten beginnen, zeker als je vermoed dat dat wel eens het sleutelmoment zou kunnen zijn. En dat zijn dan ook weer belangrijke aspecten van je taak: dat je dat vermoeden hebt en dat je het belang daarvan kunt overbrengen op je team. Het is niet voor het eerst dat topclubs na Europese inspanningen klusjes in Utrecht of Groningen te klaren hebben.
Ook bijzonder, bij PSV. Rechtsback Manolev krijgt zijn tweede gele kaart vanwege een schwalbe in het strafschopgebied van Groningen. Rechtsbuiten Labyad veroorzaakt de derde Groningen-goal door als laatste man te gaan pingelen. Totaalvoetbal is mooi, maar je vraagt je toch af of Rutten de opstelling vooraf goed heeft doorgesproken.
Qua niveau is het natuurlijk abominabel, maar het maakt de competitie erg leuk. Laten we hopen dat trainers van clubs als Groningen en Utrecht hun teams wel goed blijven voorbereiden, dan houden zes clubs tot het einde kans op het kampioenschap.
Een puntje van aandacht is er wel voor Pieter Huistra van Groningen: leg die Koreaanse Suk even uit wat een publiekswissel inhoudt, anders vergaat die jongen de lust van zo’n prachtige derde goal snel. Je zág hem denken: sta ik een keer in de basis, scoor ik twee keer, is het nóg niet goed…
Niet goed bij zijn hoofd (18 februari 2012)
Hattricks in drie achtereenvolgende thuiswedstrijden, waaronder die tegen Ajax. Dan is je kostje gekocht bij Feyenoord. Dan word je gekoesterd. En als je dan ook nog jong bent en sprankelend, en guitig en zelfbewust en robuust en uitdagend en onberekenbaar, dan word je vereerd. Dan heb je de Kuip aan je voeten, want dan ben je bijzonder. Als speler en als mens. Dan zijn de supporters bereid om hemel en aarde te bewegen om je voor de club te behouden. Al is het maar één extra jaar.
En terecht. Want je hebt haast in je eentje voor elkaar gekregen dat Feyenoord weer meetelt. Jij bent de verpersoonlijking van het nieuwe succes. En daar komt bij, je bent een aansprekend persoon. Brutaal, maar ook bescheiden. Individualist, maar ook met hart voor het team. Geconcentreerd en gefocust, maar ook ontspannen en vrolijk. Gewoon. En vooral lekker gek. Anders dan de rest.
Waar anderen ten onder gaan aan de spanning, glijdt van jou alles zo af. Je doet je plicht bloedfanatiek. Je vecht, je knokt, je beukt en je stormt, maar je zorgt ook voor spot en ontwapenende ontlading. Lijntje snuiven na een doelpunt. Publiek bespelen. Je weet exact wat je doet.
De thuiswedstrijd tegen RKC is onverwacht lastig. Je sleurt als vanouds, maar komt niet echt los. Je felheid kost je een gele kaart. Maar geen nood, jouw moment komt een kwartier voor tijd toch. Penalty, 1-0, mooi. Eén is genoeg. Het kunnen er niet elke week drie zijn. Lekker lachen, lange neus naar het uitvak, vuistje naar de rest en uitspelen die pot. Opmaken voor volgende week tegen PSV.
Zou je denken. Want wat stelt RKC nou voor? Het is normaal dat je daar tegen scoort. En wat is er nou bijzonder aan een penalty? Die maak je altijd wel. Dat het bij die ene goal blijft is zelfs een beetje beschamend. Maar je pikt hem mooi mee. Iedereen zou opgelucht maar plichtmatig de winst incasseren. Geen gedoe.
Guidetti niet. Gaat uit zijn dak. Shirt uit, zelfs helemaal weggesmeten. Schreeuwen naar het publiek. Pure waanzin op het gezicht. Even later gevolgd door ongeloof: ben ik dat? Ja, John. Tweede keer geel, rood, wegwezen en niet meer terugkomen tot na de wedstrijd tegen PSV.
Verbijstering en schaamte na afloop: was ik dat? Verontschuldigingen aanbieden. Hij zal ervan leren. Tja, dat hopen ze maar bij Manchester City. Dat komt voor Feyenoord te laat.
Hij is niet goed bij zijn hoofd, kon je Ronald Koeman zien zeggen, aan de rand van het veld. Nee, dat is waar. Maar van de positieve kant bekeken is dat precies waarom hij tot aan dat moment zoveel waarde had.
Hattricks in drie achtereenvolgende thuiswedstrijden, waaronder die tegen Ajax. Dan is je kostje gekocht bij Feyenoord. Dan word je gekoesterd. En als je dan ook nog jong bent en sprankelend, en guitig en zelfbewust en robuust en uitdagend en onberekenbaar, dan word je vereerd. Dan heb je de Kuip aan je voeten, want dan ben je bijzonder. Als speler en als mens. Dan zijn de supporters bereid om hemel en aarde te bewegen om je voor de club te behouden. Al is het maar één extra jaar.
En terecht. Want je hebt haast in je eentje voor elkaar gekregen dat Feyenoord weer meetelt. Jij bent de verpersoonlijking van het nieuwe succes. En daar komt bij, je bent een aansprekend persoon. Brutaal, maar ook bescheiden. Individualist, maar ook met hart voor het team. Geconcentreerd en gefocust, maar ook ontspannen en vrolijk. Gewoon. En vooral lekker gek. Anders dan de rest.
Waar anderen ten onder gaan aan de spanning, glijdt van jou alles zo af. Je doet je plicht bloedfanatiek. Je vecht, je knokt, je beukt en je stormt, maar je zorgt ook voor spot en ontwapenende ontlading. Lijntje snuiven na een doelpunt. Publiek bespelen. Je weet exact wat je doet.
De thuiswedstrijd tegen RKC is onverwacht lastig. Je sleurt als vanouds, maar komt niet echt los. Je felheid kost je een gele kaart. Maar geen nood, jouw moment komt een kwartier voor tijd toch. Penalty, 1-0, mooi. Eén is genoeg. Het kunnen er niet elke week drie zijn. Lekker lachen, lange neus naar het uitvak, vuistje naar de rest en uitspelen die pot. Opmaken voor volgende week tegen PSV.
Zou je denken. Want wat stelt RKC nou voor? Het is normaal dat je daar tegen scoort. En wat is er nou bijzonder aan een penalty? Die maak je altijd wel. Dat het bij die ene goal blijft is zelfs een beetje beschamend. Maar je pikt hem mooi mee. Iedereen zou opgelucht maar plichtmatig de winst incasseren. Geen gedoe.
Guidetti niet. Gaat uit zijn dak. Shirt uit, zelfs helemaal weggesmeten. Schreeuwen naar het publiek. Pure waanzin op het gezicht. Even later gevolgd door ongeloof: ben ik dat? Ja, John. Tweede keer geel, rood, wegwezen en niet meer terugkomen tot na de wedstrijd tegen PSV.
Verbijstering en schaamte na afloop: was ik dat? Verontschuldigingen aanbieden. Hij zal ervan leren. Tja, dat hopen ze maar bij Manchester City. Dat komt voor Feyenoord te laat.
Hij is niet goed bij zijn hoofd, kon je Ronald Koeman zien zeggen, aan de rand van het veld. Nee, dat is waar. Maar van de positieve kant bekeken is dat precies waarom hij tot aan dat moment zoveel waarde had.
Beter worden (17 februari 2012)
Wanneer is een trainer goed? Als hij zijn elftal laat winnen natuurlijk, maar vooral ook als hij zijn spelers beter maakt. Trots schrijft Gertjan Verbeek op de website van AZ dat hij in de loop der jaren de nodige spitsen topscorer heeft gemaakt: Rik Platvoet, Yuri Rose en Bas Dost in verschillende periodes bij Heracles en Klaas-Jan Huntelaar bij Heerenveen. En Graziano Pellè begon onder zijn bewind bij AZ ook ineens te scoren. Dat belooft wat voor Charlison Benschop, wil hij maar zeggen.
Verbeek heeft wel wat met spitsen, vertelt hij. Door het spelsysteem dat hij laat spelen krijgen spitsen altijd kansen en hij weet ook hoe hij zijn spitsen moet begeleiden.
Daar valt weinig tegenin te brengen. Verbeek is een trainer die veel energie steekt in de ontwikkeling van zijn spelers en duidelijk is in zijn verwachtingen en opvattingen. Dat motiveert en stimuleert. Kijk maar hoe spelers als Beerens, Martens en Maher zich manifesteren, maar ook hoe de buffelaars ineens blijken te kunnen voetballen. Volgens Anderlecht-speler Jovanovic heeft hij AZ zelfs op Champions League-niveau gebracht.
Goeie trainer, Verbeek. Dat hij dan in zijn persoonlijke benadering zo ver gaat dat hij ook nog de warming-up leidt, vergeef je hem. Zolang hij maar geen kleedkamers gaat verbouwen. Want daar ging het in zijn tijd bij Feyenoord natuurlijk even mis: een trainer die voor het oog van volgevreten vedetten zelf gaat klussen, raakt hun respect onherroepelijk kwijt. Maar hij heeft geleerd. Om te beginnen dat hij niet meer te maken wil hebben met dergelijke vedetten, maar ook is hij geen hoofd verbouwingen meer. Of in ieder geval niet meer de onderaannemer.
De trainerscapaciteiten van Ajax-trainer Frank de Boer moeten zo langzamerhand juist in twijfel getrokken worden. Ajax balt op het oog wel lekker mee tegen Europese topploegen, maar kan nooit een vuist maken en maakt in de Nederlandse competitie tegen minder sterke teams helemaal niets klaar. Spelers lijken zich nauwelijks te verbeteren, behalve misschien Jan Vertonghen, maar die had ook zonder De Boer wel eens een stapje vooruit gemaakt. Jongens als Siem de Jong, Miralem Sulejmani en zelfs Christian Eriksen zijn volstrekt kleurloos geworden, en ook Theo Janssen is geen schim van wie hij vorig seizoen was.
En dan is er natuurlijk die hele lijst geblesseerden. Heeft met de trainingsopbouw van De Boer te maken, beweren boze tongen. Maar ja, je kan ook gewoon pech hebben natuurlijk. Geblesseerden zijn overal. Het grote probleem bij Ajax is alleen dat ze niet meer beter worden. En áls ze dan eindelijk terugkomen, is het kortstondig. Na een kwart wedstrijd tegen Manchester United moet Nicolai Boilesen al weer afhaken. En dan kan je de dokter wel ontslaan, maar dan herstellen ze helemaal niet meer.
Er zit vrees ik maar één ding op voor De Boer. Als je spelers niet beter kan maken, zorg dan in ieder geval dat ze niet ziek worden. Ook dat is de kracht van Verbeek met zijn smalle selectie. Misschien moet De Boer toch eens kijken hoe hij dat aanpakt met die warming-up. Daar zou het hem wel eens in kunnen zitten.
Wanneer is een trainer goed? Als hij zijn elftal laat winnen natuurlijk, maar vooral ook als hij zijn spelers beter maakt. Trots schrijft Gertjan Verbeek op de website van AZ dat hij in de loop der jaren de nodige spitsen topscorer heeft gemaakt: Rik Platvoet, Yuri Rose en Bas Dost in verschillende periodes bij Heracles en Klaas-Jan Huntelaar bij Heerenveen. En Graziano Pellè begon onder zijn bewind bij AZ ook ineens te scoren. Dat belooft wat voor Charlison Benschop, wil hij maar zeggen.
Verbeek heeft wel wat met spitsen, vertelt hij. Door het spelsysteem dat hij laat spelen krijgen spitsen altijd kansen en hij weet ook hoe hij zijn spitsen moet begeleiden.
Daar valt weinig tegenin te brengen. Verbeek is een trainer die veel energie steekt in de ontwikkeling van zijn spelers en duidelijk is in zijn verwachtingen en opvattingen. Dat motiveert en stimuleert. Kijk maar hoe spelers als Beerens, Martens en Maher zich manifesteren, maar ook hoe de buffelaars ineens blijken te kunnen voetballen. Volgens Anderlecht-speler Jovanovic heeft hij AZ zelfs op Champions League-niveau gebracht.
Goeie trainer, Verbeek. Dat hij dan in zijn persoonlijke benadering zo ver gaat dat hij ook nog de warming-up leidt, vergeef je hem. Zolang hij maar geen kleedkamers gaat verbouwen. Want daar ging het in zijn tijd bij Feyenoord natuurlijk even mis: een trainer die voor het oog van volgevreten vedetten zelf gaat klussen, raakt hun respect onherroepelijk kwijt. Maar hij heeft geleerd. Om te beginnen dat hij niet meer te maken wil hebben met dergelijke vedetten, maar ook is hij geen hoofd verbouwingen meer. Of in ieder geval niet meer de onderaannemer.
De trainerscapaciteiten van Ajax-trainer Frank de Boer moeten zo langzamerhand juist in twijfel getrokken worden. Ajax balt op het oog wel lekker mee tegen Europese topploegen, maar kan nooit een vuist maken en maakt in de Nederlandse competitie tegen minder sterke teams helemaal niets klaar. Spelers lijken zich nauwelijks te verbeteren, behalve misschien Jan Vertonghen, maar die had ook zonder De Boer wel eens een stapje vooruit gemaakt. Jongens als Siem de Jong, Miralem Sulejmani en zelfs Christian Eriksen zijn volstrekt kleurloos geworden, en ook Theo Janssen is geen schim van wie hij vorig seizoen was.
En dan is er natuurlijk die hele lijst geblesseerden. Heeft met de trainingsopbouw van De Boer te maken, beweren boze tongen. Maar ja, je kan ook gewoon pech hebben natuurlijk. Geblesseerden zijn overal. Het grote probleem bij Ajax is alleen dat ze niet meer beter worden. En áls ze dan eindelijk terugkomen, is het kortstondig. Na een kwart wedstrijd tegen Manchester United moet Nicolai Boilesen al weer afhaken. En dan kan je de dokter wel ontslaan, maar dan herstellen ze helemaal niet meer.
Er zit vrees ik maar één ding op voor De Boer. Als je spelers niet beter kan maken, zorg dan in ieder geval dat ze niet ziek worden. Ook dat is de kracht van Verbeek met zijn smalle selectie. Misschien moet De Boer toch eens kijken hoe hij dat aanpakt met die warming-up. Daar zou het hem wel eens in kunnen zitten.
Rechtmatige verliezer (16 februari 2012)
Het is al lang niet meer ongebruikelijk dat een uitslag gerectificeerd of een ranglijst herzien wordt als gevolg van een gevalletje doping of omkoping. Atleten, gewichtheffers, zwemmers en individuele sporters worden met enige regelmaat uit de uitslag geschrapt vanwege hun slik- of spuitgedrag. In het wielrennen is het zelfs schering en inslag dat renners die als eerste over de streep zijn gekomen, later niet meer in de ranglijst terug te vinden zijn. In het voetbal is vooral omkoping het probleem. In Italië is Juventus al eens een kampioenschap kwijtgeraakt aan Inter, in Turkije moest Fenerbahce afgelopen zomer zijn titel afstaan aan Trabzonspor.
Maar een nieuwe trend is dat die rectificatie pas jaren na dato plaatsvindt. In 2012 raakte Alberto Contador de Tourzege van 2010 kwijt aan Andy Schleck, die logischerwijs niet wist wat hij daarmee aan moest. Blij zijn? Hij besloot van niet, wat hem siert. Niets is onzinniger dan veel bombarie maken om een overwinning die je in werkelijkheid nooit behaald hebt.
Zo herinner ik me ook ineens het misplaatste juichen van schaatser Bob de Jong na de foute wissel van Sven Kramer op de tien kilometer van de Olympische Spelen in 2010. Terwijl De Jong daardoor niet eens won, maar doorschoof naar de derde plaats. Die herschikking van de ranglijst was natuurlijk van een andere orde en kreeg wel onmiddellijk gestalte, maar was net zo bevreemdend: iedereen wist dat de rechtmatige winnaar niet op het podium stond. Het had die Koreaan Seung-Hoon Lee, die de gouden medaille in de schoot geworpen kreeg, niet misstaan als hij het de hoogste trede leeg had gelaten.
Een nieuwe dimensie in de herziening van de werkelijkheid is in zicht bij alle commotie die er na een verklaring onder ede van een Peruaanse politicus is ontstaan over het opzettelijke 6-0 verlies van Peru tegen Argentinië op het WK 1978. Argentinië bereikte zo in plaats van Brazilië de finale en versloeg daarin Nederland. Ons land in rep en roer, alsof we iets nieuws hebben gehoord. We eisen een FIFA-onderzoek. Ruud Krol, destijds aanvoerder, heeft zich al bereid verklaard de wereldbeker en gouden medailles alsnog op te gaan halen.
Goed, je kan vinden dat het recht zijn loop moet hebben, of je nou heel erg blij moet zijn met de genoegdoening of niet. Maar laten we het dan wel goed doen. Want wie is er toen nou eigenlijk gedupeerd? Nederland? Lijkt me niet. Dat heeft keurig de kans gekregen om wereldkampioen te worden en werd de rechtmatige verliezer.
Herstel van het onrecht betekent Brazilië alsnog de kans geven om wereldkampioen te worden. Ik stel voor dat we 34 jaar na dato, symbolisch op de finaledag 25 juni, alsnog de finale spelen die destijds gespeeld had moeten worden. In Buenos Aires, om het die Argentijnen nog eens goed in te peperen. Maar dan wel met de elftallen van toen of wat daar nog van over is. Oud-Nederland dus tegen oud-Brazilië, met zoveel spelers uit de toenmalige selecties als ze nog op de been kunnen brengen. En degene die wint, kronen we tot wereldkampioen 1978, met alle eerbetoon die daarbij hoort.
Er zit wel een risico aan: als we verliezen, moeten we verder leven in het besef dat we dus eigenlijk derde zijn geworden.
O ja. Als we toch bezig zijn, laten we dan meteen het hele EK van 1984 ook overspelen, met Nederland in de plaats van Spanje. Dan hebben we die 12-1 van Spanje tegen Malta ook rechtgezet.
Het is al lang niet meer ongebruikelijk dat een uitslag gerectificeerd of een ranglijst herzien wordt als gevolg van een gevalletje doping of omkoping. Atleten, gewichtheffers, zwemmers en individuele sporters worden met enige regelmaat uit de uitslag geschrapt vanwege hun slik- of spuitgedrag. In het wielrennen is het zelfs schering en inslag dat renners die als eerste over de streep zijn gekomen, later niet meer in de ranglijst terug te vinden zijn. In het voetbal is vooral omkoping het probleem. In Italië is Juventus al eens een kampioenschap kwijtgeraakt aan Inter, in Turkije moest Fenerbahce afgelopen zomer zijn titel afstaan aan Trabzonspor.
Maar een nieuwe trend is dat die rectificatie pas jaren na dato plaatsvindt. In 2012 raakte Alberto Contador de Tourzege van 2010 kwijt aan Andy Schleck, die logischerwijs niet wist wat hij daarmee aan moest. Blij zijn? Hij besloot van niet, wat hem siert. Niets is onzinniger dan veel bombarie maken om een overwinning die je in werkelijkheid nooit behaald hebt.
Zo herinner ik me ook ineens het misplaatste juichen van schaatser Bob de Jong na de foute wissel van Sven Kramer op de tien kilometer van de Olympische Spelen in 2010. Terwijl De Jong daardoor niet eens won, maar doorschoof naar de derde plaats. Die herschikking van de ranglijst was natuurlijk van een andere orde en kreeg wel onmiddellijk gestalte, maar was net zo bevreemdend: iedereen wist dat de rechtmatige winnaar niet op het podium stond. Het had die Koreaan Seung-Hoon Lee, die de gouden medaille in de schoot geworpen kreeg, niet misstaan als hij het de hoogste trede leeg had gelaten.
Een nieuwe dimensie in de herziening van de werkelijkheid is in zicht bij alle commotie die er na een verklaring onder ede van een Peruaanse politicus is ontstaan over het opzettelijke 6-0 verlies van Peru tegen Argentinië op het WK 1978. Argentinië bereikte zo in plaats van Brazilië de finale en versloeg daarin Nederland. Ons land in rep en roer, alsof we iets nieuws hebben gehoord. We eisen een FIFA-onderzoek. Ruud Krol, destijds aanvoerder, heeft zich al bereid verklaard de wereldbeker en gouden medailles alsnog op te gaan halen.
Goed, je kan vinden dat het recht zijn loop moet hebben, of je nou heel erg blij moet zijn met de genoegdoening of niet. Maar laten we het dan wel goed doen. Want wie is er toen nou eigenlijk gedupeerd? Nederland? Lijkt me niet. Dat heeft keurig de kans gekregen om wereldkampioen te worden en werd de rechtmatige verliezer.
Herstel van het onrecht betekent Brazilië alsnog de kans geven om wereldkampioen te worden. Ik stel voor dat we 34 jaar na dato, symbolisch op de finaledag 25 juni, alsnog de finale spelen die destijds gespeeld had moeten worden. In Buenos Aires, om het die Argentijnen nog eens goed in te peperen. Maar dan wel met de elftallen van toen of wat daar nog van over is. Oud-Nederland dus tegen oud-Brazilië, met zoveel spelers uit de toenmalige selecties als ze nog op de been kunnen brengen. En degene die wint, kronen we tot wereldkampioen 1978, met alle eerbetoon die daarbij hoort.
Er zit wel een risico aan: als we verliezen, moeten we verder leven in het besef dat we dus eigenlijk derde zijn geworden.
O ja. Als we toch bezig zijn, laten we dan meteen het hele EK van 1984 ook overspelen, met Nederland in de plaats van Spanje. Dan hebben we die 12-1 van Spanje tegen Malta ook rechtgezet.
Weinig echte sterren (15 februari 2012)
Als je met je club in de Champions League speelt, probeer je uit alle macht door de groepsfase heen te komen, zodat je ook in februari nog tussen de beste spelers van Europa speelt. Natuurlijk weet je, als jouw club Ajax is, dat je er dan naar alle waarschijnlijkheid half maart niet meer bij bent. Om langer Europees te kunnen spelen zou je beter kunnen gokken op de derde plaats in de poule, waarmee je door mag naar de Europa League. Maar dat dat je eer te na is, is te begrijpen. Liever uitgeschakeld worden door Barcelona of Milan, desnoods kansloos, dan met twee vingers in de neus verder bekeren op een lager niveau.
Maar als je dan door domme fouten, scheidsrechterlijke dwalingen en god mag weten welke andere duistere zaken toch op die derde plaats bent uitgekomen en dus veroordeeld bent tot de Europa League, wil je daarin ook zo ver mogelijk komen, lijkt me. Dus dan zou ik zeggen: hopen op een gunstige loting.
Manchester United. Tja, dat is nou niet direct een tegenstander die de deur naar de volgende ronde wijd open zet. Dus persoonlijk zou ik als speler flink de smoor in hebben. Leuke tegenstander voor de finale, maar eerder niet. En zelfs in het geval van een finale zou ik er niets op tegen hebben als die club zich de ronde daarvóór had verkeken op een club van het kaliber van FC Basel of zo.
Niet dus. ‘Dat we tegen Manchester United spelen heeft denk ik wel geholpen om ons over de ontgoocheling heen te zetten,’ zegt Jan Vertonghen in Voetbal International. ‘De club imponeert mij vooral door haar regelmaat. United presteert al jaren op topniveau.’
Ja, dat bedoel ik nou. Dat zou dus precies de reden moeten zijn om níet tegen United te willen spelen in dit stadium. Tenzij Jan Vertonghen en die andere spelers zichzelf belangrijker vinden dan hun club natuurlijk en er vooral op uit zijn om hun eigen kwaliteiten aan de wereld te tonen, in de hoop op een fijne transfer in de zomer. Dat ze liever hebben dat Alex Ferguson tevreden over ze is dan Frank de Boer. Dat wordt overigens nog knap lastig als je, zoals Vertonghens maatje Thomas Vermaelen van Arsenal met een nulletje of vier vernederd wordt door de zware jongens van Milan.
Hoewel, het lijkt er haast op dat Vertonghen Manchester United echt beschouwt als een gunstige loting, in de zin dat hij goede kansen ziet om ervan te winnen. Hij schrikt er namelijk niet voor terug om vóór de eerste wedstrijd al uitdagende teksten te spreken, wat zelfs tegen een mindere club al vragen om problemen is. ‘Er lopen weinig echte sterren rond, enkel Wayne Rooney en Nani.’
Ja Jan, dat is waar. Bij Ajax zijn het er meer. Drie. Op het shirt.
Als je met je club in de Champions League speelt, probeer je uit alle macht door de groepsfase heen te komen, zodat je ook in februari nog tussen de beste spelers van Europa speelt. Natuurlijk weet je, als jouw club Ajax is, dat je er dan naar alle waarschijnlijkheid half maart niet meer bij bent. Om langer Europees te kunnen spelen zou je beter kunnen gokken op de derde plaats in de poule, waarmee je door mag naar de Europa League. Maar dat dat je eer te na is, is te begrijpen. Liever uitgeschakeld worden door Barcelona of Milan, desnoods kansloos, dan met twee vingers in de neus verder bekeren op een lager niveau.
Maar als je dan door domme fouten, scheidsrechterlijke dwalingen en god mag weten welke andere duistere zaken toch op die derde plaats bent uitgekomen en dus veroordeeld bent tot de Europa League, wil je daarin ook zo ver mogelijk komen, lijkt me. Dus dan zou ik zeggen: hopen op een gunstige loting.
Manchester United. Tja, dat is nou niet direct een tegenstander die de deur naar de volgende ronde wijd open zet. Dus persoonlijk zou ik als speler flink de smoor in hebben. Leuke tegenstander voor de finale, maar eerder niet. En zelfs in het geval van een finale zou ik er niets op tegen hebben als die club zich de ronde daarvóór had verkeken op een club van het kaliber van FC Basel of zo.
Niet dus. ‘Dat we tegen Manchester United spelen heeft denk ik wel geholpen om ons over de ontgoocheling heen te zetten,’ zegt Jan Vertonghen in Voetbal International. ‘De club imponeert mij vooral door haar regelmaat. United presteert al jaren op topniveau.’
Ja, dat bedoel ik nou. Dat zou dus precies de reden moeten zijn om níet tegen United te willen spelen in dit stadium. Tenzij Jan Vertonghen en die andere spelers zichzelf belangrijker vinden dan hun club natuurlijk en er vooral op uit zijn om hun eigen kwaliteiten aan de wereld te tonen, in de hoop op een fijne transfer in de zomer. Dat ze liever hebben dat Alex Ferguson tevreden over ze is dan Frank de Boer. Dat wordt overigens nog knap lastig als je, zoals Vertonghens maatje Thomas Vermaelen van Arsenal met een nulletje of vier vernederd wordt door de zware jongens van Milan.
Hoewel, het lijkt er haast op dat Vertonghen Manchester United echt beschouwt als een gunstige loting, in de zin dat hij goede kansen ziet om ervan te winnen. Hij schrikt er namelijk niet voor terug om vóór de eerste wedstrijd al uitdagende teksten te spreken, wat zelfs tegen een mindere club al vragen om problemen is. ‘Er lopen weinig echte sterren rond, enkel Wayne Rooney en Nani.’
Ja Jan, dat is waar. Bij Ajax zijn het er meer. Drie. Op het shirt.
Fries bloed (14 februari 2012)
Als ik de persconferentie ter gelegenheid van de presentatie van Marco van Basten als toekomstig trainer van SC Heerenveen goed begrepen heb, wordt er dus gewoon een verloren zoon binnengehaald. Zijn moeder is Fries. Het moet niet gekker worden. Eerst was Abe Lenstra Fries, toen was Cruijff voor een klein partje Fries en nu blijkt Van Basten ook nog half Fries. Nog even en alle goede voetballers komen uit Friesland.
Nou goed, het zij zo, Van Basten spreekt de taal in ieder geval niet. Verstaan schijnt prima te gaan, maar spreken is andere koek. En het volkslied zit er ook nog niet in, want zingen deed hij ook nog niet. Het bleef bij een Berenburgertje nippen, dat dan weer wel.
Hij heeft trouwens zijn lesje geleerd. Nam hij bij het Nederlands elftal nog zijn hele vriendenclub mee als begeleidingsteam, smeet hij bij Ajax met miljoenen om maar spelers naar zijn zin om zich heen te verzamelen, bij Heerenveen heeft hij volgens voorzitter Robert Veenstra verkondigd dat het zijn visie is om te bouwen op de eigen jeugd. Hij neemt genoegen met degenen die er zijn. Hij is blij met ze. En zij met hem. Ze verkneukelen zich in de kleedkamer nu al om de statuur van hun trainer van volgend seizoen.
Dat wil zeggen, als ze er dan zelf nog zijn natuurlijk. Want ze zeggen allemaal nu wel dat ze overwegen te blijven, maar de kans is groot dat behalve Daryl Janmaat ook spelers als Narsingh, Assaidi, Dost, Djuricic en Gouweleeuw een aardig bod krijgen van een andere club, dat ze toch echt niet kunnen weigeren. Dat zou balen zijn: krijg je eindelijk een grootheid als trainer, moet je weg omdat je te goed bent. Dat gun je niemand.
Iets anders is wat Van Basten aan moet met de spelers die overblijven. Kan hij daar wel mee werken? Ik heb altijd gedacht dat Van Basten Ajax niet aan de praat kreeg omdat zijn simpelste opdrachten ver boven hun niveau verheven waren. Dat hij niet begreep dat ze zulke domme, basale fouten konden maken. Dat ze niet eens snapten wat ze dan verkeerd deden. Het leek me dat hij à la Rijkaard Barcelona of Milan wel de Champions League zou kunnen laten winnen, maar Sparta nog niet in de Eredivisie zou kunnen houden.
Ik hoop voor Heerenveen dat ik me vergis en dat hij de club tot grote hoogten op gaat stuwen. Wel een beetje pech voor Van Basten dat Ron Jans de ploeg net naar de derde plaats heeft gebracht. Heel veel beter zal het niet zo gauw gaan. Maar waarschijnlijk is het snel met de huidige luxe gedaan als de spelers alleen nog maar gierend van de lach aan Jans vragen wat hij als voetballer dan zelf wel gepresteerd heeft. Want hun nieuwe trainer…
Nou ja, wat hoop geeft is dat wie in Nederland echt kan voetballen als puntje bij paaltje komt direct of indirect uit Friesland blijkt te stammen. Dan zal het toch weinig moeite hoeven te kosten de kaalgeplukte selectie weer aan te vullen met vers Fries voetbalbloed.
Als ik de persconferentie ter gelegenheid van de presentatie van Marco van Basten als toekomstig trainer van SC Heerenveen goed begrepen heb, wordt er dus gewoon een verloren zoon binnengehaald. Zijn moeder is Fries. Het moet niet gekker worden. Eerst was Abe Lenstra Fries, toen was Cruijff voor een klein partje Fries en nu blijkt Van Basten ook nog half Fries. Nog even en alle goede voetballers komen uit Friesland.
Nou goed, het zij zo, Van Basten spreekt de taal in ieder geval niet. Verstaan schijnt prima te gaan, maar spreken is andere koek. En het volkslied zit er ook nog niet in, want zingen deed hij ook nog niet. Het bleef bij een Berenburgertje nippen, dat dan weer wel.
Hij heeft trouwens zijn lesje geleerd. Nam hij bij het Nederlands elftal nog zijn hele vriendenclub mee als begeleidingsteam, smeet hij bij Ajax met miljoenen om maar spelers naar zijn zin om zich heen te verzamelen, bij Heerenveen heeft hij volgens voorzitter Robert Veenstra verkondigd dat het zijn visie is om te bouwen op de eigen jeugd. Hij neemt genoegen met degenen die er zijn. Hij is blij met ze. En zij met hem. Ze verkneukelen zich in de kleedkamer nu al om de statuur van hun trainer van volgend seizoen.
Dat wil zeggen, als ze er dan zelf nog zijn natuurlijk. Want ze zeggen allemaal nu wel dat ze overwegen te blijven, maar de kans is groot dat behalve Daryl Janmaat ook spelers als Narsingh, Assaidi, Dost, Djuricic en Gouweleeuw een aardig bod krijgen van een andere club, dat ze toch echt niet kunnen weigeren. Dat zou balen zijn: krijg je eindelijk een grootheid als trainer, moet je weg omdat je te goed bent. Dat gun je niemand.
Iets anders is wat Van Basten aan moet met de spelers die overblijven. Kan hij daar wel mee werken? Ik heb altijd gedacht dat Van Basten Ajax niet aan de praat kreeg omdat zijn simpelste opdrachten ver boven hun niveau verheven waren. Dat hij niet begreep dat ze zulke domme, basale fouten konden maken. Dat ze niet eens snapten wat ze dan verkeerd deden. Het leek me dat hij à la Rijkaard Barcelona of Milan wel de Champions League zou kunnen laten winnen, maar Sparta nog niet in de Eredivisie zou kunnen houden.
Ik hoop voor Heerenveen dat ik me vergis en dat hij de club tot grote hoogten op gaat stuwen. Wel een beetje pech voor Van Basten dat Ron Jans de ploeg net naar de derde plaats heeft gebracht. Heel veel beter zal het niet zo gauw gaan. Maar waarschijnlijk is het snel met de huidige luxe gedaan als de spelers alleen nog maar gierend van de lach aan Jans vragen wat hij als voetballer dan zelf wel gepresteerd heeft. Want hun nieuwe trainer…
Nou ja, wat hoop geeft is dat wie in Nederland echt kan voetballen als puntje bij paaltje komt direct of indirect uit Friesland blijkt te stammen. Dan zal het toch weinig moeite hoeven te kosten de kaalgeplukte selectie weer aan te vullen met vers Fries voetbalbloed.
Handen wringen (13 februari 2012)
Waarom voetballers elkaar voor de wedstrijd allemaal zo nodig een hand moeten geven, is me al heel lang een raadsel. Als de aandacht voor sportiviteit zo belangrijk is, laten ze daar dan tijdens de wedstrijd eens aan denken. Maar vooraf slaat dat helemaal nergens op zolang ze vanaf het eerste fluitsignaal niets nalaten om elkaar te sarren, te beduvelen en desnoods volledig in puin te schoppen. Dat maakt het handengeven alleen maar hypocriet. Kleffe handjes bovendien, waar de desinteresse van afdruipt.
Ná de wedstrijd kan ik het me nog voorstellen, hoewel de overgang van de laatste doodschop naar het felicitatiehandje wel erg abrupt is. Maar goed, de strijd is gestreden, dus dan kun je de bijl ook maar het beste begraven. En zelfs dan kan ik me voorstellen dat je even niet in the mood bent om de grootste gluiperd van de tegenpartij de hand te schudden. Al helemaal niet als hij zijn overwinning of een deel daarvan te danken heeft aan onrecht dat hij jou persoonlijk heeft aangedaan.
Zou Vito Wormgoor Dries Mertens na afloop van PSV – De Graafschap van harte een hand hebben gegeven? Kan ik me niet voorstellen. Formeel was hij daar ook niet toe verplicht geweest, want Driesje beweerde dat Wormgoor het tijdens de wedstrijd al gedaan had. Weliswaar had hij Dries de voet geschut, maar de hand was gegeven. De penalty ook trouwens, tot verdriet ook van scheidsrechter Wegereef die de beelden tijdens de rust al vast bekeken bleek te hebben.
Toch zal Wormgoor na de wedstrijd nog wel een keer de pineut geweest zijn. Mertens is zo iemand die expres nog even langsgaat bij degene die hij het meest in de luren gelegd heeft. Kijk nog maar eens hoe hij na die benutte penalty achter de doellijn de bal uit de handen van de keeper stond te trekken. ‘Is mijn bal, hoor, had je hem naar vóór de lijn moeten pakken. En geef nou maar snel, want ik wil er nog veel meer maken.’
Maar valt je dan iets aan te rekenen als je die hand weigert? Eerlijker kun je niet zijn toch? Ik zou liever respect opbrengen voor die eerlijkheid dan voor de huichelarij van de speler die handenwringend volhoudt bij de voet gepakt te zijn.
Wat dat betreft kan ik enige waardering voor Luis Suarez niet onderdrukken. Het is een rotzakje natuurlijk. Maar als hij boos is, is hij boos. En dan gaat hij niet schijnheilig iemand de hand schudden die die boosheid heeft veroorzaakt. Pas als eerlijkheid weer geaccepteerd wordt, gaat een hand weer betekenis krijgen.
Ik ben benieuwd of Suarez nog warme contacten heeft in Amsterdam. Het zou me niks verbazen als hij zijn oude maatjes suggereert om donderdagavond voor de gein met de hele rij stoïcijns de uitgestoken hand van Patrick Evra voorbij de lopen. Hebben ze in ieder geval vooraf lol gehad. De rest hebben ze niet in de hand.
Waarom voetballers elkaar voor de wedstrijd allemaal zo nodig een hand moeten geven, is me al heel lang een raadsel. Als de aandacht voor sportiviteit zo belangrijk is, laten ze daar dan tijdens de wedstrijd eens aan denken. Maar vooraf slaat dat helemaal nergens op zolang ze vanaf het eerste fluitsignaal niets nalaten om elkaar te sarren, te beduvelen en desnoods volledig in puin te schoppen. Dat maakt het handengeven alleen maar hypocriet. Kleffe handjes bovendien, waar de desinteresse van afdruipt.
Ná de wedstrijd kan ik het me nog voorstellen, hoewel de overgang van de laatste doodschop naar het felicitatiehandje wel erg abrupt is. Maar goed, de strijd is gestreden, dus dan kun je de bijl ook maar het beste begraven. En zelfs dan kan ik me voorstellen dat je even niet in the mood bent om de grootste gluiperd van de tegenpartij de hand te schudden. Al helemaal niet als hij zijn overwinning of een deel daarvan te danken heeft aan onrecht dat hij jou persoonlijk heeft aangedaan.
Zou Vito Wormgoor Dries Mertens na afloop van PSV – De Graafschap van harte een hand hebben gegeven? Kan ik me niet voorstellen. Formeel was hij daar ook niet toe verplicht geweest, want Driesje beweerde dat Wormgoor het tijdens de wedstrijd al gedaan had. Weliswaar had hij Dries de voet geschut, maar de hand was gegeven. De penalty ook trouwens, tot verdriet ook van scheidsrechter Wegereef die de beelden tijdens de rust al vast bekeken bleek te hebben.
Toch zal Wormgoor na de wedstrijd nog wel een keer de pineut geweest zijn. Mertens is zo iemand die expres nog even langsgaat bij degene die hij het meest in de luren gelegd heeft. Kijk nog maar eens hoe hij na die benutte penalty achter de doellijn de bal uit de handen van de keeper stond te trekken. ‘Is mijn bal, hoor, had je hem naar vóór de lijn moeten pakken. En geef nou maar snel, want ik wil er nog veel meer maken.’
Maar valt je dan iets aan te rekenen als je die hand weigert? Eerlijker kun je niet zijn toch? Ik zou liever respect opbrengen voor die eerlijkheid dan voor de huichelarij van de speler die handenwringend volhoudt bij de voet gepakt te zijn.
Wat dat betreft kan ik enige waardering voor Luis Suarez niet onderdrukken. Het is een rotzakje natuurlijk. Maar als hij boos is, is hij boos. En dan gaat hij niet schijnheilig iemand de hand schudden die die boosheid heeft veroorzaakt. Pas als eerlijkheid weer geaccepteerd wordt, gaat een hand weer betekenis krijgen.
Ik ben benieuwd of Suarez nog warme contacten heeft in Amsterdam. Het zou me niks verbazen als hij zijn oude maatjes suggereert om donderdagavond voor de gein met de hele rij stoïcijns de uitgestoken hand van Patrick Evra voorbij de lopen. Hebben ze in ieder geval vooraf lol gehad. De rest hebben ze niet in de hand.
Voorspelbaar onder vuur (12 februari 2012)
Robben heeft het gedaan. Vraag me niet hoe het komt, maar iedereen in Duitsland heeft het ineens met hem gehad, zelfs bij zijn eigen club. Nog niet zo gek lang geleden werd hij daar op handen gedragen. Bayern was stuurloos als hij geblesseerd was. En als hij weer eens meedeed, scoorde hij gelijk een paar keer. Fenomenaal waren zijn dribbels met de snelle, korte pasjes en uiterst doeltreffend zijn schoten.
Ja, tegenstanders waren niet altijd van zijn maniertjes gediend. Hij ging nogal vaak gestrekt naar de grond en lag dan zo te kermen dat het voor een scheidrechter erg verleidelijk was om te veronderstellen dat er wel degelijk iets vreselijks gebeurd moest zijn, ook al had hij het niet waargenomen. Penalty dan toch maar voor alle zekerheid, en een kaartje voor de waarschijnlijke dader. Geen wonder dus dat een aardige ontvangst in stadions van tegenstanders er niet in zat.
Maar nieuw is de kritiek van medestanders, die onverwacht fel is. Van de week trok Olaf Thon, oud-speler van Bayern, fel van leer tegen Robben en diens teamgenoot Ribéry: ‘Het zijn primadonna’s en het zijn voorbeelden van ongeïnteresseerde en statische spelers.’ Hij kreeg bijval van Mario Basler, ook zo’n Bayern-icoon: ‘Robben moet eruit. Hij doet altijd hetzelfde. Hij krijgt de bal, snijdt naar binnen en gaat dan schieten. Of hij verliest de bal en verdedigt vervolgens niet terug.’
Natuurlijk distantieerde trainer Jupp Heynckes zich van de uitspraken. Maar ondertussen zet hij al wekenlang Thomas Müller op de rechterflank. En voor de zekerheid heeft Bayern ook maar vast een versterking voor Robbens positie voor volgend seizoen vastgelegd: Xherdan Shaqiri van FC Basel, afgelopen najaar nog een kwelgeest voor Manchester United in de Champions League. Kosten: twaalf miljoen euro. Dat stelt de mededeling van Robben van vorige week dat de verlenging van zijn contract nog slechts een formaliteit was toch in een wat ander daglicht.
En haast dodelijk was de duit die collega-primadonna Franck Ribéry in het zakje deed. ‘Het is natuurlijk heel lastig voor de trainer om te kiezen tussen Robben en Müller. Maar Thomas doet het de laatste tijd erg goed. In mijn optiek is hij op die plek de beste.’ Van je vrienden moet je het maar hebben.
Moet Robben voor zijn toekomst vrezen? Kijk, Thon en Basler hebben gelijk als ze zeggen dat de acties van Robben voorspelbaar zijn en dat hij verdedigend weinig te bieden heeft. Maar dat geldt voor Messi ook. Ze vergeten dat het er niet om gaat of verdedigers van tevoren weten wat een aanvaller gaat doen, maar of ze hem kunnen tegenhouden. En als dat niet het geval is, zijn ook voorspelbare acties gewoon heel goed.
Wat Robben met zich meedraagt is dat zijn blessuregevoeligheid, eigenzinnigheid en verbetenheid met enige regelmaat ergernis opwekken. Zo raar is het bij nader inzien dus niet dat hij onder vuur genomen wordt als die gelegenheid zich voordoet. Maar ik gok erop dat hij er bij een invalbeurtje wel weer eens een paar maakt, op basis daarvan zijn contract verlengt en lekker voorspelbaar blijft doorhobbelen.
Robben heeft het gedaan. Vraag me niet hoe het komt, maar iedereen in Duitsland heeft het ineens met hem gehad, zelfs bij zijn eigen club. Nog niet zo gek lang geleden werd hij daar op handen gedragen. Bayern was stuurloos als hij geblesseerd was. En als hij weer eens meedeed, scoorde hij gelijk een paar keer. Fenomenaal waren zijn dribbels met de snelle, korte pasjes en uiterst doeltreffend zijn schoten.
Ja, tegenstanders waren niet altijd van zijn maniertjes gediend. Hij ging nogal vaak gestrekt naar de grond en lag dan zo te kermen dat het voor een scheidrechter erg verleidelijk was om te veronderstellen dat er wel degelijk iets vreselijks gebeurd moest zijn, ook al had hij het niet waargenomen. Penalty dan toch maar voor alle zekerheid, en een kaartje voor de waarschijnlijke dader. Geen wonder dus dat een aardige ontvangst in stadions van tegenstanders er niet in zat.
Maar nieuw is de kritiek van medestanders, die onverwacht fel is. Van de week trok Olaf Thon, oud-speler van Bayern, fel van leer tegen Robben en diens teamgenoot Ribéry: ‘Het zijn primadonna’s en het zijn voorbeelden van ongeïnteresseerde en statische spelers.’ Hij kreeg bijval van Mario Basler, ook zo’n Bayern-icoon: ‘Robben moet eruit. Hij doet altijd hetzelfde. Hij krijgt de bal, snijdt naar binnen en gaat dan schieten. Of hij verliest de bal en verdedigt vervolgens niet terug.’
Natuurlijk distantieerde trainer Jupp Heynckes zich van de uitspraken. Maar ondertussen zet hij al wekenlang Thomas Müller op de rechterflank. En voor de zekerheid heeft Bayern ook maar vast een versterking voor Robbens positie voor volgend seizoen vastgelegd: Xherdan Shaqiri van FC Basel, afgelopen najaar nog een kwelgeest voor Manchester United in de Champions League. Kosten: twaalf miljoen euro. Dat stelt de mededeling van Robben van vorige week dat de verlenging van zijn contract nog slechts een formaliteit was toch in een wat ander daglicht.
En haast dodelijk was de duit die collega-primadonna Franck Ribéry in het zakje deed. ‘Het is natuurlijk heel lastig voor de trainer om te kiezen tussen Robben en Müller. Maar Thomas doet het de laatste tijd erg goed. In mijn optiek is hij op die plek de beste.’ Van je vrienden moet je het maar hebben.
Moet Robben voor zijn toekomst vrezen? Kijk, Thon en Basler hebben gelijk als ze zeggen dat de acties van Robben voorspelbaar zijn en dat hij verdedigend weinig te bieden heeft. Maar dat geldt voor Messi ook. Ze vergeten dat het er niet om gaat of verdedigers van tevoren weten wat een aanvaller gaat doen, maar of ze hem kunnen tegenhouden. En als dat niet het geval is, zijn ook voorspelbare acties gewoon heel goed.
Wat Robben met zich meedraagt is dat zijn blessuregevoeligheid, eigenzinnigheid en verbetenheid met enige regelmaat ergernis opwekken. Zo raar is het bij nader inzien dus niet dat hij onder vuur genomen wordt als die gelegenheid zich voordoet. Maar ik gok erop dat hij er bij een invalbeurtje wel weer eens een paar maakt, op basis daarvan zijn contract verlengt en lekker voorspelbaar blijft doorhobbelen.
Het verlossende woord (11 februari 2012)
Ik hoop wel dat de notulen van de vergaderingen van de terugtredende Raad van Commissarissen van Ajax snel openbaar worden gemaakt. Vooral naar de inbreng van Edgar Davids ben ik heel nieuwsgierig.
Kijk, wat zo’n Steven ten Have allemaal naar voren bracht, kan iedereen op zijn vingers natellen. Die kon ongetwijfeld technisch perfect zo’n vergadering openen, langs alle agendapunten voeren en volledig volgens planning weer afsluiten, compleet met welluidende samenvattingen en scherp geformuleerde besluiten. Niks mis mee, is vast een kernkwaliteit van de man. O ja, en op zijn tijd natuurlijk een wisecrack over rulebreakers en rulemakers, want daar heeft hij verstand van.
En die Marjan Olfers en Paul Römer hadden natuurlijk ook hun voorspelbare, deskundige input ten aanzien van juridische voetangels en klemmen, communicatieve aspecten en mediazaken. Heb je absoluut nodig in zo’n commissie. Je kan niet zorgvuldig genoeg afwegen wat de consequenties zijn van je handelen, hoe je de achterban het beste tegemoet kunt treden en hoe je de zaak op televisie gaat bepleiten. Voor je het weet roep je de grootst mogelijke ellende over jezelf af.
Maar Edgar Davids? Wat is zijn aandeel geweest? Heeft hij stil zitten luisteren met een diepzinnige blik in zijn ogen? Heeft hij geestdriftig zijn instemming betuigd met wat naar voren werd gebracht? Is hij de discussie aangegaan? Of heeft hij juist het voortouw genomen en de anderen bestookt met uitvoerige monologen?
Het zou allemaal zomaar kunnen, maar hij zal zeker zijn partijtje wel hebben meegeblazen. Per slot van rekening koesterden de anderen ongetwijfeld een diep respect voor hem vanwege alles wat hij in het verleden op het veld heeft laten zien. En dat voelt zo’n jongen. Dan wil hij zich vast niet onbetuigd laten. Dan moet hij laten zien dat respect waard te zijn.
Ik had hem vooral graag willen zien op de momenten dat Tscheu La Ling de vergadering kwam binnenlopen om het belangwekkende samenzijn met zijn vrienden te verstoren. Dat moet juist Edgar in het verkeerde keelgat geschoten zijn. Een mooi-weer-voetballer die de dienst wil komen uitmaken. Ik denk dat Edgar graag tot een vliegende tackle bereid is geweest. Het zou nog een mooi komisch duo zijn geworden, Edgar en Tscheu, als ze tot elkaar veroordeeld waren geweest. Met Edgar dan toch vooral in de rol van rulebreaker, vrees ik.
Maar mijn interesse gaat vooral uit naar het moment dat cruciaal is geweest voor fatale koers van de Raad. Ze zitten gevieren in conclaaf. Iedereen is inmiddels doodziek van die Ling. Even leek Van Basten de oplossing, maar ook die is afgeserveerd door Cruijff, die ze trouwens ook goed zat zijn. En nu? Ten Have weet het even niet meer. Olfers en Römer weten sowieso niks en hebben nu ook niks om op te reageren. Onwillekeurig dwalen de blikken naar Edgar. Die kijkt voor zich uit. In zichzelf gekeerd. Stilte. Lange stilte, die ongemakkelijk begint te worden. Totdat Edgar de wenkbrauwen optrekt en een geamuseerd trekje om zijn mond krijgt. Hij richt zich tot het gezelschap met zachte, haast bezwerende stem: ‘Van Gaal…’
Ik hoop wel dat de notulen van de vergaderingen van de terugtredende Raad van Commissarissen van Ajax snel openbaar worden gemaakt. Vooral naar de inbreng van Edgar Davids ben ik heel nieuwsgierig.
Kijk, wat zo’n Steven ten Have allemaal naar voren bracht, kan iedereen op zijn vingers natellen. Die kon ongetwijfeld technisch perfect zo’n vergadering openen, langs alle agendapunten voeren en volledig volgens planning weer afsluiten, compleet met welluidende samenvattingen en scherp geformuleerde besluiten. Niks mis mee, is vast een kernkwaliteit van de man. O ja, en op zijn tijd natuurlijk een wisecrack over rulebreakers en rulemakers, want daar heeft hij verstand van.
En die Marjan Olfers en Paul Römer hadden natuurlijk ook hun voorspelbare, deskundige input ten aanzien van juridische voetangels en klemmen, communicatieve aspecten en mediazaken. Heb je absoluut nodig in zo’n commissie. Je kan niet zorgvuldig genoeg afwegen wat de consequenties zijn van je handelen, hoe je de achterban het beste tegemoet kunt treden en hoe je de zaak op televisie gaat bepleiten. Voor je het weet roep je de grootst mogelijke ellende over jezelf af.
Maar Edgar Davids? Wat is zijn aandeel geweest? Heeft hij stil zitten luisteren met een diepzinnige blik in zijn ogen? Heeft hij geestdriftig zijn instemming betuigd met wat naar voren werd gebracht? Is hij de discussie aangegaan? Of heeft hij juist het voortouw genomen en de anderen bestookt met uitvoerige monologen?
Het zou allemaal zomaar kunnen, maar hij zal zeker zijn partijtje wel hebben meegeblazen. Per slot van rekening koesterden de anderen ongetwijfeld een diep respect voor hem vanwege alles wat hij in het verleden op het veld heeft laten zien. En dat voelt zo’n jongen. Dan wil hij zich vast niet onbetuigd laten. Dan moet hij laten zien dat respect waard te zijn.
Ik had hem vooral graag willen zien op de momenten dat Tscheu La Ling de vergadering kwam binnenlopen om het belangwekkende samenzijn met zijn vrienden te verstoren. Dat moet juist Edgar in het verkeerde keelgat geschoten zijn. Een mooi-weer-voetballer die de dienst wil komen uitmaken. Ik denk dat Edgar graag tot een vliegende tackle bereid is geweest. Het zou nog een mooi komisch duo zijn geworden, Edgar en Tscheu, als ze tot elkaar veroordeeld waren geweest. Met Edgar dan toch vooral in de rol van rulebreaker, vrees ik.
Maar mijn interesse gaat vooral uit naar het moment dat cruciaal is geweest voor fatale koers van de Raad. Ze zitten gevieren in conclaaf. Iedereen is inmiddels doodziek van die Ling. Even leek Van Basten de oplossing, maar ook die is afgeserveerd door Cruijff, die ze trouwens ook goed zat zijn. En nu? Ten Have weet het even niet meer. Olfers en Römer weten sowieso niks en hebben nu ook niks om op te reageren. Onwillekeurig dwalen de blikken naar Edgar. Die kijkt voor zich uit. In zichzelf gekeerd. Stilte. Lange stilte, die ongemakkelijk begint te worden. Totdat Edgar de wenkbrauwen optrekt en een geamuseerd trekje om zijn mond krijgt. Hij richt zich tot het gezelschap met zachte, haast bezwerende stem: ‘Van Gaal…’
Allemaal losers (10 februari 2012)
Waar ik maar niet uitkom is de vraag voor wie het goed is dat de A1 van Ajax in Catalonië met 0-3 gewonnen heeft van de A1 van Barcelona. De jongens onder 19 zijn daardoor doorgedrongen tot de halve finale van de Next Generation Cup, een toernooi voor Europese topjeugd. De jeugd van Ajax is dus beter dan die van Barcelona, zelfs zonder aanvoerder Ouasim Bouy, die laatst door Juventus werd weggeplukt. Nu nog even de leeftijdgenoten van Liverpool verslaan en Ajax staat in de finale.
Alle commotie bij Ajax gaat in beginsel om de jeugdopleiding. Die deugt niet, volgens Cruijff. Nou heeft hij natuurlijk wel een punt als je ziet dat het spelers zijn van het kaliber van Ebicilio, Özbiliz, Blind en Anita die tot de vaste kern van het eerste elftal doordringen: duidelijk niet goed genoeg. Terwijl ruwe diamanten als Narsingh, Assaidi, Elia en Boerrigter in de loop der jaren zijn afgevallen en hooguit met de grootste moeite en een hele dikke portemonnee kunnen worden teruggekocht. Maar als dan de huidige A-lichting na al die jaren in die verdorven jeugdopleiding ineens waanzinnig gaat presteren, is dat toch niet in het belang van Cruijff, dunkt me. Of je moet het zien als het bewijs dat Wim Jonk een tovenaar is, die tegen alle stromen in instant successen levert.
Maar toont het dan het gelijk van de andere commissarissen? Die beweren toch dat de jeugdopleiding al lang op de leest van Cruijff geschoeid is? Dan lijkt het me ook voor hun niet fijn dat dat blijkbaar tot prachtige resultaten leidt. Kortom, die zegetocht van de jeugd is voor niemand goed. Die kent alleen maar verliezers. Zelfs Frank de Boer kan alleen maar tot de conclusie zijn gekomen dat hij steevast de verkeerde spelers bij de selectie van het eerste elftal haalt.
Hooguit Danny Blind kan tevreden zijn. Die is al jarenlang in diverse rollen betrokken bij zo’n beetje alles wat er bij Ajax gebeurt. Maar ja, uitgerekend nu dat zich ook eens uitbetaalt, is Blind vertrokken uit solidariteit met de commissarissen die eindelijk bereid zijn om terug te treden. Schaart hij zich alsnog bij de losers.
Nee, als íets duidelijk is geworden door de opmars van de A-jeugd, dan is het dat er van de jeugdopleiding bij Ajax helemaal niets klopt. Die jonge gasten snappen niet waar ze mee bezig zijn. Hun overwinning is te triest voor woorden.
Waar ik maar niet uitkom is de vraag voor wie het goed is dat de A1 van Ajax in Catalonië met 0-3 gewonnen heeft van de A1 van Barcelona. De jongens onder 19 zijn daardoor doorgedrongen tot de halve finale van de Next Generation Cup, een toernooi voor Europese topjeugd. De jeugd van Ajax is dus beter dan die van Barcelona, zelfs zonder aanvoerder Ouasim Bouy, die laatst door Juventus werd weggeplukt. Nu nog even de leeftijdgenoten van Liverpool verslaan en Ajax staat in de finale.
Alle commotie bij Ajax gaat in beginsel om de jeugdopleiding. Die deugt niet, volgens Cruijff. Nou heeft hij natuurlijk wel een punt als je ziet dat het spelers zijn van het kaliber van Ebicilio, Özbiliz, Blind en Anita die tot de vaste kern van het eerste elftal doordringen: duidelijk niet goed genoeg. Terwijl ruwe diamanten als Narsingh, Assaidi, Elia en Boerrigter in de loop der jaren zijn afgevallen en hooguit met de grootste moeite en een hele dikke portemonnee kunnen worden teruggekocht. Maar als dan de huidige A-lichting na al die jaren in die verdorven jeugdopleiding ineens waanzinnig gaat presteren, is dat toch niet in het belang van Cruijff, dunkt me. Of je moet het zien als het bewijs dat Wim Jonk een tovenaar is, die tegen alle stromen in instant successen levert.
Maar toont het dan het gelijk van de andere commissarissen? Die beweren toch dat de jeugdopleiding al lang op de leest van Cruijff geschoeid is? Dan lijkt het me ook voor hun niet fijn dat dat blijkbaar tot prachtige resultaten leidt. Kortom, die zegetocht van de jeugd is voor niemand goed. Die kent alleen maar verliezers. Zelfs Frank de Boer kan alleen maar tot de conclusie zijn gekomen dat hij steevast de verkeerde spelers bij de selectie van het eerste elftal haalt.
Hooguit Danny Blind kan tevreden zijn. Die is al jarenlang in diverse rollen betrokken bij zo’n beetje alles wat er bij Ajax gebeurt. Maar ja, uitgerekend nu dat zich ook eens uitbetaalt, is Blind vertrokken uit solidariteit met de commissarissen die eindelijk bereid zijn om terug te treden. Schaart hij zich alsnog bij de losers.
Nee, als íets duidelijk is geworden door de opmars van de A-jeugd, dan is het dat er van de jeugdopleiding bij Ajax helemaal niets klopt. Die jonge gasten snappen niet waar ze mee bezig zijn. Hun overwinning is te triest voor woorden.
Naspel (9 februari 2012)
Zou het eind in zicht zijn? De uitspraak van de rechter is dat de aanstelling van Louis van Gaal als algemeen directeur van Ajax niet rechtsgeldig is. Exit Van Gaal dus. Of eigenlijk: geen entry Van Gaal. En exit voor zijn kompanen Sturkenboom, Blind, Ten Have, Olgers, Römer en Davids. Zou je denken tenminste, hoewel Sturkenboom en Blind in ieder geval nog even mogen blijven van de rechter, en de rest eerst het eigen clubje nog moet opheffen of officieel weggestuurd moet worden. Maar doen ze dat?
Volgens Cruijff wel. ‘Als ik het goed begrijp, is het spel nu gespeeld,’ liet hij optekenen door de pers. Om vervolgens aan te geven dat Steven ten Have en de andere commissarissen hun verlies moeten nemen en moeten opstappen. Zelf is hij zelfs dubbel bereid om zijn verlies te nemen: door als commissaris eveneens op te stappen en door de acceptaren dat Sturkenboom en Blind hun interim-functies nog even blijven bekleden. ‘Het is niet erg dat ze er nog steeds rondlopen, als ze de boel maar niet traineren.’ Oftewel, als ze maar niet iets willen doen dat ‘het technisch hart’ De Boer, Jonk en Bergkamp tegen de haren in strijkt.
Maar heeft Cruijff gelijk? Het maakt niet uit waar het over gaat, ik heb altijd de indruk dat hij het helemaal niet goed begrijpt, sterker nog, dat hij er niets van begrijpt, maar uiteindelijk gebeurt er toch wat hij heeft gezegd.
Het schijnt dat Ten Have zich gaat beraden naar aanleiding van de uitspraak van de rechter. Het schijnt ook dat hij best nog mogelijkheden heeft om Van Gaal via een andere ingang naar binnen te loodsen. En het zou me niet eens verbazen als hij dat nog zou doen ook. Maar hij zou zich toch ook moeten realiseren dat hij inmiddels haast de verpersoonlijking is van het slechte spel van Ajax op het veld, hoe onterecht ook. In het naspel is hij kansloos, zelfs al heeft hij gelijk. Zijn gelijk en zelfs zijn persoon is van geen enkel belang.
Zevenenzeventig procent van de Ajax-supporters staat achter de visie van Johan Cruijff. Ze hebben geen idee wat die nou in de praktijk betekent, maar dat doet er ook niet toe. Wat dat betreft is het net als in de politiek.
Cruijff heeft de macht en wat Cruijff beslist gebeurt. Ik sluit niet eens uit dat Ling alsnog algemeen directeur wordt. En anders wordt de voormalige pannenkoek het wel. Het kan verkeren, behalve voor Cruijff.
Zou het eind in zicht zijn? De uitspraak van de rechter is dat de aanstelling van Louis van Gaal als algemeen directeur van Ajax niet rechtsgeldig is. Exit Van Gaal dus. Of eigenlijk: geen entry Van Gaal. En exit voor zijn kompanen Sturkenboom, Blind, Ten Have, Olgers, Römer en Davids. Zou je denken tenminste, hoewel Sturkenboom en Blind in ieder geval nog even mogen blijven van de rechter, en de rest eerst het eigen clubje nog moet opheffen of officieel weggestuurd moet worden. Maar doen ze dat?
Volgens Cruijff wel. ‘Als ik het goed begrijp, is het spel nu gespeeld,’ liet hij optekenen door de pers. Om vervolgens aan te geven dat Steven ten Have en de andere commissarissen hun verlies moeten nemen en moeten opstappen. Zelf is hij zelfs dubbel bereid om zijn verlies te nemen: door als commissaris eveneens op te stappen en door de acceptaren dat Sturkenboom en Blind hun interim-functies nog even blijven bekleden. ‘Het is niet erg dat ze er nog steeds rondlopen, als ze de boel maar niet traineren.’ Oftewel, als ze maar niet iets willen doen dat ‘het technisch hart’ De Boer, Jonk en Bergkamp tegen de haren in strijkt.
Maar heeft Cruijff gelijk? Het maakt niet uit waar het over gaat, ik heb altijd de indruk dat hij het helemaal niet goed begrijpt, sterker nog, dat hij er niets van begrijpt, maar uiteindelijk gebeurt er toch wat hij heeft gezegd.
Het schijnt dat Ten Have zich gaat beraden naar aanleiding van de uitspraak van de rechter. Het schijnt ook dat hij best nog mogelijkheden heeft om Van Gaal via een andere ingang naar binnen te loodsen. En het zou me niet eens verbazen als hij dat nog zou doen ook. Maar hij zou zich toch ook moeten realiseren dat hij inmiddels haast de verpersoonlijking is van het slechte spel van Ajax op het veld, hoe onterecht ook. In het naspel is hij kansloos, zelfs al heeft hij gelijk. Zijn gelijk en zelfs zijn persoon is van geen enkel belang.
Zevenenzeventig procent van de Ajax-supporters staat achter de visie van Johan Cruijff. Ze hebben geen idee wat die nou in de praktijk betekent, maar dat doet er ook niet toe. Wat dat betreft is het net als in de politiek.
Cruijff heeft de macht en wat Cruijff beslist gebeurt. Ik sluit niet eens uit dat Ling alsnog algemeen directeur wordt. En anders wordt de voormalige pannenkoek het wel. Het kan verkeren, behalve voor Cruijff.
Echte Sneijdertjes (7 februari 2012)
Rodney had wel gelijk. Het gelijk van de winnaar. Hij blikte terug op de wedstrijd tegen Ajax en constateerde: ‘Ajax heeft vandaag nauwelijks uitgespeelde kansen gehad. Dat zegt genoeg, lijkt me. Op deze manier had ik zelf ook mee kunnen spelen bij Ajax. Ik denk dat ik in het huidige elftal niet zou misstaan.’ Tja, hij had in ieder geval één keer op doel geschoten, en dan hoor je bij Ajax al gauw tot de besten.
Er zat natuurlijk ook wat gram in zijn uitspraak. Hij is verhuurd aan Utrecht en Frank de Boer uitte recent nog zijn zorgen, omdat Sneijder daar niet elke week in de basis staat. Dat steekt. Dus dan wil je na zo’n wedstrijd wel even een lange neus trekken. Frank zou zich beter zorgen kunnen maken over zijn eigen spelers wanneer een reserve van Utrecht zich beter manifesteert.
‘Er is een hoop gebeurd, ook rondom deze wedstrijd,’ zei Rodney ook nog. Los van die rotopmerking van De Boer bedoelde hij waarschijnlijk dat supporters zongen dat er maar één echte Sneijder is. Namelijk zijn broer Wesley.
Die zat trouwens in zijn Milanese stulpje mee te kijken en zou zijn Amsterdamse fans nog verbazen door af te geven op de vieze tackles van Eno, hard te juichen voor de Utrechtse doelpunten en na afloop ongegeneerd blij te zijn met de overwinning van Utrecht. Over de voorkeur van die echte Sneijder kon geen misverstand meer bestaan. En als een echte Grote Broer complimenteerde hij telefonisch glunderend zijn kleine Rodney: ‘Rod! Goed gespeeld, man. Ik ben trots op je!’ Ook dat nog. De fans hebben het al zo zwaar. Staan ze ook nog voor gek met hun liedje.
Gelukkig toonde Rodney ook nog mededogen. ‘Het is nooit leuk om te zien dat het niet goed gaat met zo’n grote club. Dit is niet goed. Ook niet voor het Nederlandse voetbal. Het is vervelend om Ajax zo te zien worstelen. Ik heb twaalf jaar voor de club gespeeld en heb er altijd van gedroomd in de Arena te spelen.’
Voor de goede luisteraar: als Frank de Boer zijn teksten nou een beetje dimt, is Rodney misschien toch nog wel bereid om in ieder geval zijn laatste contractjaar weer in Amsterdam te komen spelen.
Laten we het maar hopen. Dan kunnen de fans altijd nog zeggen dat hun liedje juist voor hém bedoeld was.
Rodney had wel gelijk. Het gelijk van de winnaar. Hij blikte terug op de wedstrijd tegen Ajax en constateerde: ‘Ajax heeft vandaag nauwelijks uitgespeelde kansen gehad. Dat zegt genoeg, lijkt me. Op deze manier had ik zelf ook mee kunnen spelen bij Ajax. Ik denk dat ik in het huidige elftal niet zou misstaan.’ Tja, hij had in ieder geval één keer op doel geschoten, en dan hoor je bij Ajax al gauw tot de besten.
Er zat natuurlijk ook wat gram in zijn uitspraak. Hij is verhuurd aan Utrecht en Frank de Boer uitte recent nog zijn zorgen, omdat Sneijder daar niet elke week in de basis staat. Dat steekt. Dus dan wil je na zo’n wedstrijd wel even een lange neus trekken. Frank zou zich beter zorgen kunnen maken over zijn eigen spelers wanneer een reserve van Utrecht zich beter manifesteert.
‘Er is een hoop gebeurd, ook rondom deze wedstrijd,’ zei Rodney ook nog. Los van die rotopmerking van De Boer bedoelde hij waarschijnlijk dat supporters zongen dat er maar één echte Sneijder is. Namelijk zijn broer Wesley.
Die zat trouwens in zijn Milanese stulpje mee te kijken en zou zijn Amsterdamse fans nog verbazen door af te geven op de vieze tackles van Eno, hard te juichen voor de Utrechtse doelpunten en na afloop ongegeneerd blij te zijn met de overwinning van Utrecht. Over de voorkeur van die echte Sneijder kon geen misverstand meer bestaan. En als een echte Grote Broer complimenteerde hij telefonisch glunderend zijn kleine Rodney: ‘Rod! Goed gespeeld, man. Ik ben trots op je!’ Ook dat nog. De fans hebben het al zo zwaar. Staan ze ook nog voor gek met hun liedje.
Gelukkig toonde Rodney ook nog mededogen. ‘Het is nooit leuk om te zien dat het niet goed gaat met zo’n grote club. Dit is niet goed. Ook niet voor het Nederlandse voetbal. Het is vervelend om Ajax zo te zien worstelen. Ik heb twaalf jaar voor de club gespeeld en heb er altijd van gedroomd in de Arena te spelen.’
Voor de goede luisteraar: als Frank de Boer zijn teksten nou een beetje dimt, is Rodney misschien toch nog wel bereid om in ieder geval zijn laatste contractjaar weer in Amsterdam te komen spelen.
Laten we het maar hopen. Dan kunnen de fans altijd nog zeggen dat hun liedje juist voor hém bedoeld was.
Feestje (6 februari 2012)
Ik kan me nóg een feestje in de Arena herinneren, zo’n jaar of twaalf geleden. Ajax werd honderd, speelde thuis tegen FC Twente, had voor de gelegenheid het elftal in ouderwetse shirts gehesen en had uiteraard tal van gasten uitgenodigd, onder wie een grote hoeveelheid oud-spelers. Nou wilde het geval dat het sportief toen ook al niet zo goed ging met de club en het feestje werd dan ook een debacle. Uitslag: 0-1. Ik zie nog, in de droefgeestige verfilming ervan, trainer Jan Wouters, zelf ook oud-speler, de eenheid van zijn werkkamer in de catacomben opzoeken om het leed met een sigaret in stilte te verwerken. Ongetwijfeld zat hij vast zijn aanstaande ontslag te overpeinzen.
Bij Ajax-FC Utrecht zat er opnieuw een heel leger oud-spelers op de tribune. Het leek bedoeld als een feestje, geen idee met welke aanleiding. Mogelijk was het een poging om de club weer enige eenheid te laten uitstralen. Maar misschien was ook wel voorzien dat de supporters in deze duistere tijden weinig interesse voor de wedstrijd zouden tonen en wilde men toch enig volk op de tribune hebben.
Hoe dan ook zou je denken dat de spelers, hoe jong ook, onder de indruk zouden zijn van zoveel oude glorie langs de lijn en dat ze tot alles bereid zouden zijn om maar te laten zien dat ze echt wel konden voetballen. Dat ze Ajax waard waren. Dat bijvoorbeeld een spits op zijn minst zou proberen om de kans te krijgen om te scoren door om te beginnen eens in de spits te gaan lopen. En dat buitenspelers zouden willen laten zien wat ze in de jeugd van Ajax allemaal aan passeer-, dribbel- en voorzettechniek hadden opgestoken. En dat middenvelders de enorme diepgang in hun spel zouden willen demonstreren. Dus ik bedoel, dat ze zouden willen…
Ik kan me zo voorstellen dat Frank de Boer en Dennis Bergkamp er alles voor over zouden hebben gehad om op de tribune tussen hun oude makkers te zitten in plaats van op de bank aan de rand van het veld. Hoewel die oude makkers waarschijnlijk liever thuis hadden gezeten, waar ze ver voor het einde van de wedstrijd van pure ellende de televisie de rug toegekeerd zouden hebben. Ze konden nu niet eens weg en waren bij het laatste fluitsignaal nog zo’n beetje de enige toeschouwers.
Of de bodem van de gifbeker met de 0-2 tegen de nummer 15 voor Frank de Boer al in zicht is, is maar zeer de vraag. Het is sneu voor hem. Maar als ik het feestje in de Arena íemand gunde, dan was het Jan Wouters, trainer van FC Utrecht, met zijn eerste overwinning sinds de 6-4 winst op Ajax in de Galgenwaard.. Hier klikken om te bewerken.
Bofkont (5 februari 2012)
Sommige mensen boffen maar. Ben je scheidsrechter, fluit je wedstrijdjes van kinderen van zeven jaar, blijkt ineens het zoontje van David Beckham mee te doen. Mooier nog, David staat zelf langs de kant. Of je dan een fan van David bent of niet, je wil je toch van je beste kant laten zien, lijkt me. Dus als er zo’n jongetje bij vergissing de bal in zijn handen pakt in het strafschopgebied, weet je wat je te doen staat: penalty. O ja, en een rode kaart natuurlijk. Regels zijn regels, zeggen we tegenwoordig in Nederland, dus je kan niet anders.
Maar wat blijkt? David is het er niet mee eens. ‘Kom op, hij is zeven, scheidsrechter,’ begint hij. ‘Je kunt hem geen rode kaart geven.’
En dan ineens realiseer je je pas echt wie er tegenover je staat. Het verwende mannetje dat van jongs af aan alles is komen aanwaaien. Het ventje dat Engeland op beslissende momenten in de steek liet. De wereldvreemde snuiter die samen met zijn vrouw op één dag meer geld uitgeeft dan jij je hele leven zal bezitten.
‘Zeker kan ik dat wel,’ antwoord je direct. En je trekt opnieuw de rode kaart uit je borstzak, die je hem vlak voor de neus houdt. ‘Wilt u onmiddellijk het park verlaten,’ vraag je hem sarcastisch.
Gek, maar ik krijg sterk het vermoeden dat deze scheidsrechter geen fan was van David Beckham. En dat hij verder een heerlijke dag heeft gehad.
Ja, sommige mensen boffen maar. Het zou jaren mogen duren, maar als ik vooraf zou weten dat ik ooit een wedstrijd van het zoontje van Arjen Robben zou mogen fluiten, zou ik onmiddellijk scheidsrechter worden. . Hier klikken om te bewerken.
Een nieuwe wind (2 februari 2012)
Laten we het erover eens zijn dat er deze week niets te lachen valt. Minimaal 74 doden na een voetbalwedstrijd in Egypte doordat supporters van nota bene de winnende club massaal het veld opstormen en, onder toeziend oog van de politie, met messen, stokken en andere wapens inhakken op iedere speler of supporter van de andere club die hun voor de voeten komt. Dat is echt van andere orde dan debiele Wesley die een mislukte poging doet om de keeper van de tegenpartij een schopje te geven of de Engelse sloeber die een wedstrijd vijf minuten vertraging bezorgt door zich vast te ketenen aan een doel. Je kan niets anders dan begrip en respect hebben voor de spelers van Al-Ahly, die verklaard hebben zich nooit meer in staat te voelen om een voetbalwedstrijd te spelen.
Maar zelfs in zo’n week lukt het Ajax om zo absurd in het nieuws te komen dat je gedachten onwillekeurig toch even met je op de loop gaan. En dan niet richting voetbal helaas, maar daar gaat het bij Ajax toch al lang niet meer om. Voor één keer ook niet door eigen toedoen overigens, maar met dank aan de gemeente Amsterdam.
Oké, het achterliggende idee van D’66-raadslid Gerolf Bouwmeester is positief: het doorbreken van het taboe op homoseksualiteit in het voetbal. Dat is zelfs hoognodig. Maar als je dan verzint dat Ajax daar maar het voortouw in moet nemen door zich een ‘homo-imago’ aan te meten, dan weet je geloof ik niet helemaal hoe het werkt in de voetballerij. Imago’s zijn daar alleen maar voer voor hoon en spot. Van het spelersimago van Godenzonen, het supportersimago van Joden en het betwetersimago van Cruijff heeft de club niets dan last gehad. De homohaat die de club over zich af zou roepen, zou zijn weerga niet kennen.
Het zou voor de hardcore-fans een kleine moeite zijn om in hun spreekkoren over te schakelen van ‘Jode’ naar ‘Homo’s’. ‘Wie niet springt, die is geen Homo.’ Het zou ze sieren bovendien. Maar ik vrees dat het er niet in zit. Gelukkig maar, het weerhoudt de hooligans van de tegenstanders in ieder geval van een homojacht in het stadion.
Aan de andere kant zou je zweren dat Frank de Boer en zijn spelers zich al lang met het homo-imago vereenzelvigen, en wel op de meest stigmatiserende wijze. Bij elk sprintje verrekken ze wel een spiertje of verdraaien ze een knietje, elk duelletje leggen ze het af tegen een fanatiekere knul en elke week haalt De Boer wat nieuwe jochies uit de kast. Het oog wil ook wat.
Het zal wel niet het geval zijn, die vereenzelviging. Maar duidelijk is wel dat het Ajax-elftal dichter tegen een homo-imago aanschurkt dan pak weg dat van Feyenoord, zo lang daar een type als Guidetti rondloopt, van wie de heteroseksuele hormonen afspatten. Wat dat betreft heeft die Bouwmeester het goed gezien: als één team het homo-imago past, is het Ajax wel. Jammer is alleen dat je er geen wedstrijd mee wint.
Ach, het is weer eens wat anders. Wie weet brengt het idee in Nederland ook nog wel iets positiefs teweeg. Maar voor Egypte lijkt het me voorlopig niks. Daar bestormen ze het veld voor minder. Al weet je het nooit: op spandoeken van de supporters van Al-Ahly schijnen ook teksten te hebben gestaan als 'Port Saîd, stad van mietjes'.. Hier klikken om te bewerken.