Standbeeld (28 februari)
Wanneer verdient een voetballer een standbeeld? Als hij unieke verdiensten heeft voor een club, dunkt me. Als hij de speler is met wie de club vereenzelvigd wordt. Abe Lenstra bij Heerenveen, Aad Mansveld bij ADO, Coen Moulijn bij Feyenoord, Coen Dillen bij PSV. De eer voor die laatste vind ik twijfelachtig omdat ik me bij Mister PSV eerder Willy van der Kuijlen voorstel, maar wie ben ik. Het blijft een prachtig gebaar.
Bij Arsenal konden ze niet kiezen. In december 2011 werden er bij het Emirates Stadium al standbeelden onthuld van oud-aanvoerder Tony Adams, oud-manager Herbert Chapman en oud-topschutter Thierry Henry. Dat de eerste tevens erkend alcoholist was, bleek geen bezwaar. Dat waren in zijn tijd wel meer voetballers in Engeland.
Maar ze blijken nog niet klaar. Binnenkort volgt eenzelfde eerbetoon aan Dennis Bergkamp. Begrijpelijk, want Bergkamp heeft tijdens zijn elfjarige dienstverband in Engeland voor Arsenal veel meer betekend dan in Nederland voor Ajax. Komt bij, Dennis heeft kort geleden verklaard zich nog wel eens als trainer aan Arsenal verbonden te zien. Daar kweekt zo’n man goodwill mee.
Helaas doet een goed voorbeeld soms slecht volgen. Ineens verkondigt ook Marc Overmars dat hij in de toekomst best interesse heeft in het regelen van de transfers en de scouting bij Arsenal, zoals hij nu doet bij Ajax. Nee Marc, zoveel plek hebben ze nou ook weer niet bij dat stadion.
Leuker is het initiatief van Mario Balotelli. Die laat zich niets aan een club gelegen liggen en regelt gewoon zijn eigen standbeeld in zijn tuin. Niks voor jou, Marc?
Voetballen (27 februari)
Het wordt zo langzamerhand een beetje zielig voor de paar clubs die zich erop voor laten staan dominant te willen voetballen. Barcelona, Ajax: de spelers doen zo hun best en hebben al gauw zeventig procent van de tijd balbezit, maar zien aan het eind van belangrijke wedstrijden steeds een negatieve stand op het scorebord staan.
Frank de Boer verwoordde de frustratie na de wedstrijd tegen AZ toen Hans Kraaij junior suggereerde dat AZ in de tweede helft op eigen kracht kansen had afgedwongen. ‘Heb jij ze zien voetballen dan?’
Als ik zo vrij mag zijn: daar zit de kern van het probleem. Ajax wil voetballen, de tegenstander komt om te winnen. En erg ingewikkeld is dat niet: op eigen helft gegroepeerd in de weg lopen en, als de bal in die drukte een keer goed valt, heel hard met twee, drie man rechtdoor naar het doel lopen. Dikke kans dat daar alle ruimte is om te scoren.
De enige echte remedie voor Ajax is Messi kopen. Maar op een iets hoger niveau blijkt zelfs dat geen oplossing. Dus zou ik iets anders suggereren: als je dan zo nodig wil voetballen, voetbal dan naar voren toe in plaats van steeds breed heen en weer, zorg dat je achter de voetballers een paar beulen hebt staan die ontheffing hebben van het voetballen en geef de aanvallers eigenlijk ook maar een wat beperktere opdracht, namelijk dat ze de ballen heel hard op doel schieten.
Moet je eens zien. Dan vliegen die ballen er achter elkaar in en zegt iedereen na afloop dat jullie zo lekker gevoetbald hebben.
Ontslag (26 februari)
De manier waarop Steve McClaren de eer aan zichzelf mag houden, getuigt van respect. Hij is tot de conclusie gekomen dat het in het belang van de club is dat hij vertrekt, dat de club groter is dan het individu en Twente te belangrijk is in zijn hart om de vooruitgang in de weg te staan. Waarna de voorzitter uit zichzelf een financiële regeling heeft getroffen om dat vertrek mogelijk te maken.
Toch wekt dat enige bevreemding bij een club waar in het recente verleden diverse, goed bekend staande spelers, trainers en directeuren met de nodige strijd om geld en een trap na van de voorzitter zijn weggegaan. Je zou er haast iets van denken.
Geld betaal je aan iemand waar je alleen op die manier van af komt, niet aan iemand die zelf opstapt. En als je níet van iemand af wil, betaal je hem om te blijven. Geld geven aan iemand die uit eigen beweging vertrekt omdat hij nota bene zelf vindt dat hij een sta-in-de-weg is geworden, suggereert op z’n minst opluchting dat hij dat eindelijk zelf inziet, maar is in wezen zelfs de publieke bevestiging van die opvatting.
Het degradeert McClaren tot een zielig geval. Wat een respectloze handeling!
Bellen (25 februari)
Erg moeten lachen om Jeremain Lens vandaag, vanwege de verklaring na zijn gesprek met de directie van PSV. Hij begon nog geloofwaardig na een nachtje slapen. ‘Ik keur absoluut niet goed wat ik heb gedaan. Ik had Mathijsen niet vast moeten pakken, had hem niet op moeten wachten. Doordat iedereen er bovenop dook, is het groter geworden dan de bedoeling was. Ik accepteer de straf van PSV.’
Maar toen ging hij uitleggen wat er volgens hem dan precies was voorgevallen. ‘Er is verder niets tussen Mathijsen en mij. Het is op het veld ontstaan gisteren. Ik wilde nog even vragen hoe het precies zat. Dan ontstaat er iets wat niet de bedoeling was. Achteraf had ik misschien beter met hem kunnen bellen.’
Ik wil niet veel zeggen, maar als Jeremain op deze manier een gesprek begint als hij alleen even wil vragen hoe het precies zit, ben ik benieuwd wat hij doet als hij boos is. En word ik erg nieuwsgierig naar zijn telefoongesprekken. Als ik Joris was, zou ik in ieder geval maar een paar dagen niet opnemen.
Of snapt zelfs Jeremain inmiddels hoe het zit?
Voorbeeldfunctie (24 februari)
Daar gaan we weer. Als de laatste maanden ergens op gehamerd is, dan is het dat de spelers in het betaald voetbal een voorbeeldfunctie hebben en zich dus dienen te gedragen. Binnen het veld, maar zeker ook daarbuiten. Dus past het niet om in de catacomben je tegenstander op te wachten om hem nog even bij de borstharen te grijpen, zoals Jeremain Lens zich ten opzichte van Joris Mathijsen permitteerde. Dat is bovendien niet handig, want ten eerste heeft Joris zijn vriendjes bij zich en ten tweede hangen overal camera’s. Dat moet iemand uit Eindhoven toch inmiddels weten.
Ronald Koeman zei het treffend na afloop van Feyenoord-PSV: ‘Binnen de lijnen moet je het doen, daarna moet het voorbij zijn.’ Terecht meldde Dick Advocaat dan ook dat er nog met Lens gesproken gaat worden over het behouden van de zelfbeheersing, temeer omdat het hier toch een gevalletje voorbedachten rade betrof. Tijd genoeg, want Lens is de volgende wedstrijd toch geschorst vanwege een flinke overtreding tijdens de wedstrijd zelf.
Maar laten we er vooral wat voorbeelden tegenover stellen. Trainer Brood van Roda JC heeft zich níet fysiek afgereageerd op de scheidsrechter, die na al twintig minuten om duistere redenen een verdediger rood gaf en FC Utrecht een penalty toekende. Eindresultaat: 4-0. En Frank de Boer laat spelers die er een specialiteit maken om kansen te missen en een scheidsrechter die twee kostbare doelpunten over het hoofd ziet, zelfs volledig ongemoeid.
Voorbeeldige zelfbeheersing. Maar dit soort trainers nemen hun voorbeeldfunctie wel érg serieus.
Beuk of ballen (23 februari)
Een protestmars naar het stadion, eindigend met een kranslegging bij het standbeeld van Abe Lenstra, wat kleine vuurtjes, achtergrondgebral en een spandoek met de tekst: ‘Zolang de oorlog in de media blijft leven, is onze club ten dode opgeschreven.’ Geen kwaad woord, geen rellen, geen gedoe. Zelfs de kemphanen Veenstra en Van der Velde bijna naast elkaar op de tribune. Wat moet het leven in Heerenveen heerlijk zijn, waar een spandoek tot op de komma correct is en ruzie betekent dat je zwijgend in elkaars nabijheid vertoeft.
En dan heeft ook de trainer nog het licht gezien. ‘Op een gegeven moment is het: schouders eronder met elkaar en de beuk erin. Als je alleen maar op de momentjes wacht, kom je ook tekort.’ Aldus Marco van Basten, met overigens nog heel veel nuanceringen.
Op de één of andere manier gun je zo’n club een gelukkige overwinning toch meer dan het FC Groningen van Robert Maaskant. Die verklaart na een winnende mazzelgoal in de drieënnegentigste minuut met maximale arrogantie dat zijn team heeft gekregen wat het verdiende doordat de spelers in de tweede helft ‘ballen hebben getoond’. Ze hadden namelijk ‘de beslissing genomen dat we deze wedstrijd moesten winnen’.
Maar ja, als het zo uitpakt, was het wel een goed idee van Maaskant.
Wilskracht (21 februari)
Het kan natuurlijk zijn dat die linksback van Steaua alleen maar wilskracht getankt had en dat die tank heel even leeg was toen hij diep in de tweede helft uit voorzorg even op de zij gelegd moest worden om hem niet te laten stikken in mogelijk oprispend braaksel. Maar dat hij vervolgens met een paar welgemeende, bemoedigende woorden weer voldoende munitie had om continu alles en iedereen op te jagen die hem waar dan ook op de linkerflank voor de voeten durfde te komen.
Het is ook helemaal niet uitgesloten dat gebrek aan wedstrijdritme geen enkele nadelige invloed heeft op het uithoudingsvermogen dat nodig is voor honderdtwintig minuten draven op een loodzwaar knollenveld. Dat er zelfs geen reden hoeft te zijn voor de minste krampverschijnselen.
Maar als dat zo is, dan zou het voor Frank de Boer toch een kleine moeite zijn om ook eens op wilskracht te trainen? Dat is veel effectiever dan al dat voetbaltechnisch en –tactisch geleuter en het gehamer op verfijnd combinatiespel, zo is nu toch wel eens ten overvloede gebleken.
Stormachtig (20 februari)
Ik denk dat de spelers van Barcelona elkaar in het vliegtuig naar huis nog steeds verbijsterd aan zaten te kijken. Dat ze in Glasgow tussen een horde wilde beesten terechtkwamen, was voorzien. Maar in Milaan hadden ze op niet meer gerekend dan een korte razernij van een clubje modieuze luxepaardjes met meer aandacht voor hun kapseltjes en ego-kunstjes dan voor een gezamenlijk strijdplan. Bleek er opnieuw sprake van een georganiseerde bende.
Met z’n allen bij elkaar hingen ze loerend achterover, totdat ze er met vier, vijf, zes man briesend uitstormden. Eruit, eropaf, er tegenaan en zo nodig er dwars doorheen. Met handen en voeten of met de kop vooruit. En met op de tribune een orkaan van gejuich. Daar zat inderdaad geen theaterpubliek, zoals Mark van Bommel terecht voorspeld had.
Ik ben na de avondjes Bayern en Milan pessimistisch geraakt over de toekomst van het zuivere tikkie-takkie-voetbal. Er zal meer nodig zijn om aan de top te blijven. Felheid, kracht, hardheid, onverzettelijkheid. Ausdauer vooral. Negentig minuten gaan, gaan en nog eens gaan. In noodweer tegen de berg opvliegen als een maximaal geprepareerde wielrenner, want anders donder je er zonder pardon vanaf.
Barcelona moet oppassen. Het voetbal ontwikkelt zich stormachtig.
Uitdaging (19 februari)
Wat een geluk dat Ajax al uit de Champions League is geknikkerd. Je zal toch maar tegen Bayern München moeten spelen in de knock-outfase. Arsenal is natuurlijk niet geweldig meer, maar als die ploeg thuis al opgerold wordt, hoeft geen Nederlandse club de hoop te hebben enigszins overeind te kunnen blijven tegen die jagende Duitse meute. Irritant goed.
Dat zou de keuze van Guardiola om volgend seizoen trainer te worden in München kunnen verklaren. Die krijgt daar de beschikking over een superieur leger, plus nog tweehonderd miljoen euro om dat te versterken. Daar kunnen zelfs Barcelona en Real Madrid samen niet tegenop. Dan kan voorzitter Uli Hoeness wel beweren dat Bayern er niet op uit is om de concurrentie te verzwakken, maar dat wordt nog een hele kunst met zo’n bedrag.
Aan de andere kant roept de keuze van Guardiola juist vragen op. Je veronderstelt dat een trainer die met de beste voetballers ter wereld gewonnen heeft wat er te winnen valt, er eer in schept te bewijzen dat hij ook met mindere goden ver kan komen. Daarvoor is München de verkeerde plek. Wat is de uitdaging daar voor Guardiola? Heeft hij zó’n moeite met de taal?
Saai (18 februari)
De beer is los. De volgens Gertjan Verbeek disrespectvolle, denigrerende, neerbuigende en verschrikkelijke, subjectieve aanklager gaat de uitspraken van Verbeek onderzoeken. Ik ben erg benieuwd wat er te onderzoeken valt. Volgens mij heeft Verbeek gewoon gezegd wat hij heeft gezegd. Ik heb dan ook zo’n donkerbruin vermoeden dat ik het resultaat van dat onderzoek al ken: Verbeek kan een sanctie tegemoet zien. En het vervolg heeft Verbeek ook al bekend gemaakt: hij stapt naar de burgerrechter. Waar hij natuurlijk niets mee opschiet, want die doet geen uitspraak in voetbalzaken.
Ander geval. PSV heeft zijn zorg uitgesproken over de kaarten die de scheidsrechters nogal snel trekken op het moment. Het is bedoeld als signaal aan de KNVB, om bij te dragen aan ‘het structureel verbeteren van het niveau van de arbitrage op de Nederlandse velden’. Is de zuiverheid van dat signaal dan niet ook een onderzoekje waard?
En laten we dan ook meteen voor eens en voor altijd onderzoeken wat er in 2004 op het EK in Portugal precies tussen Advocaat en Van Hanegem is voorgevallen. Dan zijn we daar misschien uit voordat de heren elkaar in een bejaardenflat in de kunstharen vliegen.
Nee, dan Brazilië. Neymar en zijn tegenstander werden na een flinke schop en duw uit het veld gestuurd. Commentaar van Neymar: ‘Ik weet niet wat er gebeurde. Niemand van ons had rood moeten krijgen. Voetbal wordt echt saai. Zowel voor de spelers als de supporters.’
Nou jongen, hier niet hoor.
Doorgeslagen (17 februari)
Marco van Basten is boos. Hij vindt dat de scheidsrechters in Nederland normen hanteren die bij zaalvoetbal horen en geen kaarten zouden moeten trekken als spelers niet de intentie hebben om anderen gemeen te raken. Gertjan Verbeek is ook boos. Hij gaat niet in beroep tegen een schorsing voor Viergever, omdat hij zich niet met respect benaderd voelt door de aanklager betaald voetbal. En ook Mark van Bommel is boos, maar die is altijd boos als hij een gele kaart krijgt.
We zijn in Nederland helemaal doorgeslagen, vinden ze alle drie. Komt door de striktheid waarmee de scheidsrechters de regels toepassen. En dat komt natuurlijk ook weer door de nadruk die de laatste tijd op het belang van respect wordt gelegd. Dat wil zeggen, op het respect voor het gezag. Het zou wel een graadje minder mogen met dat eenzijdige gehamer op respect waarvan mensen die opkomen voor hun eigenbelang het slachtoffer worden, aldus Verbeek.
Ze hebben gelijk: we zijn doorgeslagen. De vraag is alleen of we doorgeslagen zijn in het strijden voor respect of dat we inmiddels al weer doorgeslagen zijn in het opkomen voor ons eigenbelang.
Home (16 februari)
Je vraagt je af of Steve McClaren zelf niet ziet dat hij niet meer te handhaven is bij FC Twente. Het spel is niet om aan te zien, er is dit jaar nog niet gewonnen en hij wordt al wekenlang bespot in kranten en televisieprogramma’s vanwege zijn inhoudsloze teksten. De maniertjes die ooit als ludiek werden beschouwd, worden hem nu nagedragen. En tot overmaat van ramp hebben ook zijn eigen supporters zich tegen hem gekeerd.
Vorige week moest hij na de wedstrijd al de bus uit om tekst en uitleg te geven aan een ontevreden meute. Tegen Willem II bleef een heel tribunevak de eerste tien minuten leeg. En ‘Go home’ was de vriendelijkste spandoektekst in het stadion.
Maar Steve wijt de negatieve prestaties aan het gedoe rond de mislukte transfer van Leroy Fer tijdens de winterstop. En hij heeft ook een belangrijke boodschap voor de fans, aan wie hij zich gestoord zegt te hebben. ‘Het team heeft nu de steun van de fans nodig, geen demonstraties van fans die zich tegen het team keren of gefluit in het stadion.’
Wees nou wijs, Steve. Een trainer die verwijten gaat maken aan zijn supporters is als een politicus die beweert dat de kiezers het niet snappen. Hij verliest het altijd.
Blind (15 februari)
‘De club kent in ieder geval mijn mening,’ reageerde Frank de Boer op de suggestie in Langs de Lijn dat hij tegen contractverlenging voor Daley Blind zou zijn. De vraag is of die mening zich laat raden. Ja, dat Blind ‘de voorbije maanden reuzensprongen heeft gemaakt’ en daardoor ‘nu in een zetel’ zit, dat geloven we. Maar of dat nou betekent dat De Boer Marc Overmars geadviseerd heeft om Blind voor Ajax te behouden of hem juist te lozen, wordt er niet duidelijker op.
Je kunt je haast niet voorstellen dat hij weg moet. Hij is vanaf zijn jongste jeugd bij Ajax, is bezig aan een sterke periode, kersvers international en net volledig in de armen gesloten door de supporters. Net als zijn vader is hij dwars door alle stormen heen zijn club trouw gebleven en uiteindelijk beloond met complimenten van zijn grootste criticasters.
Maar aan de andere kant moet niemand verbaasd zijn als De Boer in het belang van de club een keiharde, berekenende lange-termijndenker met een Visie is, net als zijn voorgangers Michels, Cruijff en Van Gaal, die respectievelijk Van Duivenbode, Silooy en Roy van harte aanmoedigden om te vertrekken.
Voor Blind zelf moeten we eigenlijk hopen dat hij na dit seizoen ergens anders zijn reuzensprongen moet maken. Want juist als hij níet in een zetel zit, haalt hij het beste uit zichzelf.
Kinderploegje (14 februari)
Je kan niet zeggen dat die louche voorzitter van Steaua Boekarest ongelijk had toen hij Ajax een ‘kinderploegje’ noemde. Een volwassen Ajax had die Roemenen na de 2-0 helemaal opgerold, maar dit team liet zich juist terugdrukken en mocht Cillessen dankbaar zijn dat de tegengoal uitbleef. Even zette Steaua aan en het werd knap benauwd voor het Ajax-doel. Je moet er niet aan denken dat die Roemenen wél wedstrijdritme hadden gehad.
Prettig was eveneens dat de trainer die twee Braziliaanse aanvallertjes er niet vanaf het begin inzette. Ook baby’tjes, te fragiel blijkbaar nog voor de volledige klus, maar behendig en razendsnel.
Of was het juist een teken van volwassenheid dat Ajax weigerde meer doelpunten te forceren en in plaats daarvan de bal vooral ging rondspelen? Volgens Frank de Boer was dat ongetwijfeld zo, want hij verklaarde het belangrijker te vinden dat er geen tegendoelpunten geïncasseerd waren dan dat ze er zelf twee gemaakt hadden. En volgens de wetten van het internationale voetbal had hij gelijk.
Toch zou ik liever hebben gehad dat ze er als een trots kinderploegje nog twee hadden gemaakt dan dat ze zo nodig moesten bewijzen volwassen te zijn.
Lulkoek (13 februari)
Ronald Koeman had zondagavond bij Studio Voetbal een vileine opmerking over de jeugdopleiding van Ajax. Dat die altijd zo geroemd werd, maar dat er volgens hem momenteel niet zoveel Ajacieden in het Nederlands elftal spelen. Feyenoorders wel: zes, waarvan er drie zo uit de jeugdopleiding komen. Klopt, want de jeugdopleiding van Ajax sponsort het Deense elftal, zou Frank de Boer kunnen tegenwerpen, maar dat argument was Koeman voor: Ajax koopt zijn jeugdopleiding bij elkaar. O ja, en trouwens, de A1 van Feyenoord was bezig gehakt te maken van de A1 van Ajax toen de wedstrijd vanwege de sneeuwval moest worden gestaakt.
Koeman kreeg er schik in en stelde dat Ajax bovendien geen plan B had in lastige wedstrijden. Dat werd De Boer te gortig. Hij reageerde in het perspraatje voor de wedstrijd tegen Steaua Boekarest. ‘Dat is lulkoek. Wat is het plan van Feyenoord dan? Alles op Pellè toch?’
Het kan niet anders of Koeman heeft er met plezier kennis van genomen. De Boer op de kast, altijd leuk. En bovendien, alles op Pellè blijkt toevallig een heel goed plan. Net als de jeugdopleiding als springplank naar Oranje. Met een goed plan A heb je helemaal geen plan B nodig. Dus lulkoek was het inderdaad wel.
Waanzinnige (12 februari)
Lekker weer eens Zlatan Ibrahimovic gekeken, in de hoop dat hij iets geniaals of iets krankzinnigs zou laten zien. En in de wetenschap dat hij zijn publiek zelden teleurstelt. Ook dit keer niet. PSG was Valencia de baas. En hoewel die ploeg vlak voor tijd nog tegenscoorde en terugkwam tot 1-2, was er niets aan de hand. Behalve dan dat Ibrahimovic niet gescoord had en ook niet echt had uitgeblonken. Toch iets aan de hand dus.
Iedere andere speler haalt daar zijn schouders over op. Kan gebeuren. Misschien bij Messi en Ronaldo niet, maar bij de rest wel. Zelfs bij Zlatan. Vindt iedereen, behalve Zlatan. Die wordt daar sikkeneurig van. En als hij dan in de laatste minuut ook nog eens bij de cornervlag door een tegenstander wordt gehinderd, zeg maar dwarsgezeten, wordt hij zelfs pissig. Ja, en dan gaat hij quasi per ongeluk op iemands voet staan, à la Theo Janssen.
Mag niet, hoort niet, maar hoort wel bij Zlatan. Heerlijk, want ik zat er op te wachten. En hij beloont me ervoor. De wereld klopt nog, weet ik dan. Hij zal waarschijnlijk één wedstrijd geschorst worden en mag dan de volgende ronde weer meedoen. Mooi.
Alleen is er dan zo’n waanzinnige, PSG-trainer Carlo Ancelotti, die gaat jeremiëren dat hij het ‘oneerlijk’ vindt dat Ibrahimovic rood kreeg. Die man snapt er niets van. Zou trouwens zomaar de volgende trainer van Real Madrid kunnen worden. Dat dan weer wel.
Sfeer (11 februari)
Was een beetje jammer voor Ajax, dat de harde supporterskern besloten had een keer naar de wedstrijd te kijken in plaats van de negentig minuten hossend vol te maken, de blote rug naar het veld toegekeerd, de armen om elkaars schouders geslagen en monotoon, zeurderig gejank uitstotend. Uit protest tegen de stadionverboden die de club de laatste tijd heeft opgelegd aan raddraaiers, gingen ze eens opletten wat ze normaal eigenlijk missen. Ik weet niet wie er het meest geschrokken zijn: de spelers van de stilte in het stadion of de supporters van het spel.
De spelers toonden zich in ieder geval niet blij verrast. ‘Ze hadden ons wel iets meer kunnen steunen, dat wilden wij als spelers allemaal,’ zei Ricardo van Rhijn mede namens zijn teamgenoten. Maar het kan niet anders of de supporters hebben het na één zo’n wedstrijd ook wel weer gezien, dus dat komt wel goed.
Echt verontrustend was pas de reactie van nieuwe aanwinst Cuenca. ‘We couldn’t win today, but what a great atmosphere at the Amsterdam Arena!,’ twitterde hij. Als ik Overmars was, zou ik nog maar eens checken of dit wel de Cuenca is die Camp Nou tijdens wedstrijden vanaf het veld heeft beleefd.
Wijvensport (10 februari)
De scheidsrechter heeft het weer gedaan. De strafschop tegen PSV was geen strafschop, vonden ze bij PSV. De rode kaart voor AZ-speler Viergever was geen rode kaart. En de rode kaart tegen Ramos van RKC al helemaal niet. Nou was die laatste kaart ook wel erg sneu, want Ramos stond als invaller nog geen minuut in het veld.
‘Ik had het me anders voorgesteld,’ zei Ramos na afloop, ongetwijfeld mede namens zijn trainer. ‘Ik vond de beslissing veel te zwaar. Met sommige scheidsrechters kun je goed praten of maak je een dolletje, maar Vink wil graag autoritair zijn en de boeman spelen.’
Trainer Verbeek van AZ signaleert zelfs een trend. ‘Waar we hier in Nederland naartoe gaan, is een soort wijvensport. We kunnen beter gaan korfballen of zo. Schijnbaar staan deze mensen dusdanig onder druk dat ze niet meer in staat zijn om een fatsoenlijke wedstrijd te fluiten. Ik denk dat de huidige generatie scheidsrechters mentaal niet weerbaar genoeg is. Ik vind al jaren dat we doordraaien, maar ik ben gestopt met mijn kruistocht tegen scheidsrechters, want het lost toch niets op. Het wordt er niet beter op, dat is duidelijk.’
De commentaren stroken absoluut niet met de recente roep om respect. Maar wat is het toch heerlijk dat sommige mensen weer eens gewoon zeggen wat ze vinden, zonder daarbij de irritante houding van Robert Maaskant aan te nemen. Al zou een beetje meer respect voor vrouwensport geen kwaad kunnen.
Mannetjes (9 februari)
Ineens waren ze er weer, de mannetjes. Scheidsrechter Van Boekel floot voor een strafschop voor Vitesse en onmiddellijk stonden Van Bommel en Strootman op tien centimeter afstand in zijn gezicht te schreeuwen. Theo Janssen stond met de bal in zijn handen om die aan Bony te geven en Van Bommel en Strootman liepen hem gesticulerend voor de voeten. Doel: op cruciale momenten zo vervelend mogelijk zijn om anderen te intimideren en uit hun concentratie te brengen. ‘Als die paar procenten helpen om het team te laten winnen, doe ik het,’ zo werd Strootman ’s ochtends nog geciteerd in de Volkskrant. Je kunt er bewondering voor hebben, maar de mannetjes beginnen ook steeds meer de uitstraling van een komisch duo te krijgen.
Dat vond Janssen blijkbaar niet. Hij raakte dermate geïrriteerd dat hij zich even later liet verleiden tot een schop die Strootman eerst miste, maar bij het neerkomen toch vol op de voet trof. Ook een mannetje, hoor, die Janssen, maar dan bij vlagen wat dommer.
Maar Bony heeft maling aan mannetjes. Die maakt gewoon zijn doelpunten, nu hij op weg naar Rusland nog even Arnhem aandoet.
Focus (8 februari)
Als je iets vertrouwelijks met Fred Rutten te bespreken hebt, moet je het in de kleedkamer doen, zoveel is de laatste dagen wel duidelijk geworden. Dan kun je er welgevoegelijk van uitgaan dat niemand, maar dan ook werkelijk niemand te weten komt wat er gezegd is. Hij doet daar geen mededeling over, bezweert hij.
Het enige wat hij wil zeggen, is dat wat hem betreft de focus volledig op de volgende wedstrijd gericht moet zijn. Die tegen PSV. Maar dat zou dus betekenen dat hij daarover in ieder geval níet heeft gesproken in de kleedkamer. Dat geeft te denken.
Het is voor Rutten te hopen dat zijn spelers naar de televisie hebben gekeken en zo zijn pleidooi voor focus toch hebben meegekregen. Want als het tegen PSV niet goed gaat, zou het me niks verbazen als de heren Kasakowski en Jordania hem binnenkort alsnog flink de mantel uit komen vegen. En ik ben bang dat zij de kleedkamer daar de meest geschikte plek voor vinden.
Taal (7 februari)
Waar zo’n vriendschappelijke interland al niet goed voor kan zijn. Nieuwe spelers uitproberen uiteraard. Kijken of spelers van verschillende clubs met elkaar overweg kunnen in het veld. Uitvinden of jonkies al onder druk kunnen presteren. Tactieken als ‘provocerende pressing’ inslijpen. Toetsen of het nieuwe uit-tenue ook buiten het Rijksmuseum zonder al te veel hoon begroet wordt. Testen hoe snel een orkest er volksliederen doorheen kan jassen. You name it.
Maar nu blijkt dat er nog een heel belangrijke factor is, die ik nooit op waarde heb geschat: de tegenstanders komen uit een ander land. ‘Het lastige is ook, die Italianen spreken een andere taal,’ verklapte Bruno Martins Indi na afloop. ‘Je weet daardoor niet wanneer ze de bal gaan inspelen.’
Kijk, dat is nog eens interessant: dat internationals leren om signalen in het spel op te pikken die erop wijzen wat er precies gaat gebeuren. Dat ze niet zoals in de competitie blind varen op de uitroep ‘ik ga nu de bal inspelen, hoor’ van de middenvelder.
Je kon in de laatste paar minuten merken dat het nog wel even wennen is, maar die Martins Indi komt er wel, daar ben ik van overtuigd. Wel hoop ik voor hem dat zijn komende competitietegenstanders nu niet ineens, om hem in verwarring te brengen, ook allemaal in een andere taal aanwijzingen aan elkaar gaan geven.
Zonde (6 februari)
Daar gaan we weer: Italianen kennen niet van je winnen, maar je ken wel van ze verliezen. Of tegen ze gelijkspelen dus, maar dat voelt als verlies want zij hebben nauwelijks iets kunnen doen om dat te rechtvaardigen. Buiten de laatste twee minuten om dus, toen ze ineens drie enorme kansen creëerden om ons even in te wrijven dat we toch niet van ze kennen winnen.
Ik heb trouwens ineens wel mijn vermoedens: matchfixing. Ik heb die Kuijt door de jaren heen een hoop kansen zien missen, maar zo onbeholpen als drie minuten voor tijd, bij de stand 1-0, nog nooit. Helemaal vrijgespeeld door Maher slaagde hij erin om het klunzigste rollertje in jaren te produceren. Zodat de achterstand van de Italianen niet onoverbrugbaar zou worden, ben je geneigd te denken.
Wat ik zelf dan weer niet denk, want Dirk sluit geen dealtjes met Italianen. Ik denk eerder dat Dirk bij de Chinees ingezet had op 1-0 en dus met het rollertje zijn centjes dacht veilig te stellen. Niet dus, want het blijven Italianen. Draaide bij de 1-1 waarschijnlijk toch zijn maag weer om.
Tja, je moet ook niet alleen geld inzetten, maar natuurlijk ook de Italianen nog omkopen, anders is het geen matchfixing. Leert het nooit, die Dirk.
Onbegrijpelijk (5 februari)
Het is met die matchfixing in het voetbal net als met de doping in de wielrennerij. Iedereen wist het al lang, maar nu het aangetoond wordt, doet iedereen ineens van oh, oh, oh, wat erg. Tot journalisten aan toe, die zich geschokt tonen. À la Mart Smeets, die beweert: ‘Ja, maar ik had het Lance elke keer opnieuw gevraagd en hij zei steeds dat het niet zo was. Hoe kon ik het dan weten?’ Allemaal slap gelul. Dat het nooit bewezen was, is iets anders. Maar iedere journalist of speler die echt niet wist van omkoping en doping, heeft met zijn ogen dicht en verstand op nul rondgelopen.
Alleen voor Dirk Kuijt maak ik een uitzondering. ‘Als ik daaraan denk, draait mijn maag om. Ik heb zelf nooit het gevoel gekregen dat zulke dingen gebeuren. Heel verrassend en onbegrijpelijk.’
Dirk voetbalt in Turkije, waar matchfixing schering en inslag is. Anderhalf jaar geleden is zijn eigen club Fenerbahçe door de UEFA nog uit de Champions League geweerd vanwege het kopen van het kampioenschap. Maar dat is waarschijnlijk allemaal langs Dirk heen gegaan. Dat is geen dommigheid, maar onvermogen tot verdorvenheid. Dirk komt uit Katwijk, is godvrezend en de rechtschapenheid zelve. Hij denkt nog steeds dat in het voetbal vooral hard werken loont.
Hij zou gelijk moeten hebben. Misschien dat hij bij Fenerbahçe kan beginnen met een laatste poging om het tij te keren: ‘Jongens, nou stoppen met dat matchfixing-gedonder. Het hoort niet, het mag niet en het moet niet. En mijn maag draait ervan om.’
Als dat niet helpt, is het echt onbegrijpelijk.
Stout (3 februari)
Groningen-trainer Robert Maaskant ontpopt zich steeds meer tot het stoutste jongetje van de klas. Bleef hij eerst wekenlang mopperen over het ‘Respect’-bandje waarmee scheidsrechter Gözübüyük hem terechtwees, nu heeft hij commentaar op scheidsrechter Higler, die hem naar de tribune stuurde. Higler kapittelde hem tijdens de wedstrijd tegen AZ omdat hij brulde: ‘Dat is toch geen overtreding?’ Om, pas toen Higler al weer weggelopen was, luidkeels te vervolgen: ‘Hé, ik heb het tegen mijn bank.’
Oude truc: heel hard tegen je eigen spelers roepen dat ze niet moeten protesteren, want de scheidsrechter heeft gelijk. En dan daaraan toevoegen: ‘Ook als hij het niet heeft.’ En desnoods, nog sarcastischer: ‘Daar kan hij ook niets aan doen, want het spel gaat heel snel.’ In allerlei varianten uiteraard. Maar, bij een reprimande van de scheidsrechter, altijd afgesloten met: ‘Ik heb het tegen mijn eigen speler, hoor. En ik zeg toch juist dat hij zich rustig moet houden?’ De Mark van Bommel-schijnheiligheid. Maar Maaskant kan er ook wat van.
Hij werd weggestuurd dus. En wat deed hij. Niet de tribune op gaan, maar achter de dug-out gaan staan. ‘Ik heb de wedstrijd daar prima kunnen volgen,’ vermeldde hij na afloop trots. Lange neus naar Higler. Jammer dat Gözübüyük niet even in de buurt was.
Rasmus Lindgren toonde zich een snelle leerling van zijn nieuwe trainer. In de eerste helft had Higler tegen hem gezegd dat hij geen commentaar meer mocht leveren op zijn beslissingen. Waarna Lindgren in de tweede helft zwijgend, maar met grote armgebaren op Higler af kwam. Hij kreeg geel. Zijn verweer zal ongetwijfeld geluid hebben: ‘Ik zei toch niks?’
Volgende keer naast je coach achter de bank gaan staan, zou ik zeggen.
Vriendin (2 februari)
Ergens begrijp ik die Vejinovic wel. AZ wilde Willie Overtoom kopen van Heracles. Maar Heracles had liever dat AZ een andere speler zou overnemen en bood Marko Vejinovic aan in zijn plaats. Waarop Vejinovic inderdaad werd uitgenodigd voor een gesprek over een eventueel contract. Wat denk je dan, als je eigen club een concurrent op de gedachte brengt om liever jou aan te trekken?
Vejinovic stuurde zijn vriendin naar het gesprek. Mooi statement: als jullie niet zelf kunnen bedenken dat je mij graag wil hebben, laat ik ook iemand anders eerst uitzoeken of jullie wel een interessant aanbod hebben. Ik hoef niet zo nodig bij mijn club weg, de club wil blijkbaar van mij af.
AZ zet wil hem inmiddels niet meer en heeft alsnog Overtoom gecontracteerd. Met instemming van Vejinovic dus.
Is trouwens een aanrader voor anderen, die ongewenste gesprekken moeten voeren. Heeft Fred Rutten niet een vriendin die hij naar het aanstaande gesprek met die Kasakowski, algemeen directeur van Vitesse, kan sturen? Hij heeft immers een geldige reden: hij is ziek.
De gesprekken worden er bovendien een stuk gezelliger van. De enige met wie ik zou oppassen bij moeilijke gesprekken, is Jerson Cabral. Die stuurt zijn vrienden, die er in een paar maanden tijd in geslaagd zijn met luidruchtige spelletjes, alcoholgebruik, intimidaties en gerace in de parkeergarage al zijn buren tegen hem in het harnas te jagen.
Wanneer verdient een voetballer een standbeeld? Als hij unieke verdiensten heeft voor een club, dunkt me. Als hij de speler is met wie de club vereenzelvigd wordt. Abe Lenstra bij Heerenveen, Aad Mansveld bij ADO, Coen Moulijn bij Feyenoord, Coen Dillen bij PSV. De eer voor die laatste vind ik twijfelachtig omdat ik me bij Mister PSV eerder Willy van der Kuijlen voorstel, maar wie ben ik. Het blijft een prachtig gebaar.
Bij Arsenal konden ze niet kiezen. In december 2011 werden er bij het Emirates Stadium al standbeelden onthuld van oud-aanvoerder Tony Adams, oud-manager Herbert Chapman en oud-topschutter Thierry Henry. Dat de eerste tevens erkend alcoholist was, bleek geen bezwaar. Dat waren in zijn tijd wel meer voetballers in Engeland.
Maar ze blijken nog niet klaar. Binnenkort volgt eenzelfde eerbetoon aan Dennis Bergkamp. Begrijpelijk, want Bergkamp heeft tijdens zijn elfjarige dienstverband in Engeland voor Arsenal veel meer betekend dan in Nederland voor Ajax. Komt bij, Dennis heeft kort geleden verklaard zich nog wel eens als trainer aan Arsenal verbonden te zien. Daar kweekt zo’n man goodwill mee.
Helaas doet een goed voorbeeld soms slecht volgen. Ineens verkondigt ook Marc Overmars dat hij in de toekomst best interesse heeft in het regelen van de transfers en de scouting bij Arsenal, zoals hij nu doet bij Ajax. Nee Marc, zoveel plek hebben ze nou ook weer niet bij dat stadion.
Leuker is het initiatief van Mario Balotelli. Die laat zich niets aan een club gelegen liggen en regelt gewoon zijn eigen standbeeld in zijn tuin. Niks voor jou, Marc?
Voetballen (27 februari)
Het wordt zo langzamerhand een beetje zielig voor de paar clubs die zich erop voor laten staan dominant te willen voetballen. Barcelona, Ajax: de spelers doen zo hun best en hebben al gauw zeventig procent van de tijd balbezit, maar zien aan het eind van belangrijke wedstrijden steeds een negatieve stand op het scorebord staan.
Frank de Boer verwoordde de frustratie na de wedstrijd tegen AZ toen Hans Kraaij junior suggereerde dat AZ in de tweede helft op eigen kracht kansen had afgedwongen. ‘Heb jij ze zien voetballen dan?’
Als ik zo vrij mag zijn: daar zit de kern van het probleem. Ajax wil voetballen, de tegenstander komt om te winnen. En erg ingewikkeld is dat niet: op eigen helft gegroepeerd in de weg lopen en, als de bal in die drukte een keer goed valt, heel hard met twee, drie man rechtdoor naar het doel lopen. Dikke kans dat daar alle ruimte is om te scoren.
De enige echte remedie voor Ajax is Messi kopen. Maar op een iets hoger niveau blijkt zelfs dat geen oplossing. Dus zou ik iets anders suggereren: als je dan zo nodig wil voetballen, voetbal dan naar voren toe in plaats van steeds breed heen en weer, zorg dat je achter de voetballers een paar beulen hebt staan die ontheffing hebben van het voetballen en geef de aanvallers eigenlijk ook maar een wat beperktere opdracht, namelijk dat ze de ballen heel hard op doel schieten.
Moet je eens zien. Dan vliegen die ballen er achter elkaar in en zegt iedereen na afloop dat jullie zo lekker gevoetbald hebben.
Ontslag (26 februari)
De manier waarop Steve McClaren de eer aan zichzelf mag houden, getuigt van respect. Hij is tot de conclusie gekomen dat het in het belang van de club is dat hij vertrekt, dat de club groter is dan het individu en Twente te belangrijk is in zijn hart om de vooruitgang in de weg te staan. Waarna de voorzitter uit zichzelf een financiële regeling heeft getroffen om dat vertrek mogelijk te maken.
Toch wekt dat enige bevreemding bij een club waar in het recente verleden diverse, goed bekend staande spelers, trainers en directeuren met de nodige strijd om geld en een trap na van de voorzitter zijn weggegaan. Je zou er haast iets van denken.
Geld betaal je aan iemand waar je alleen op die manier van af komt, niet aan iemand die zelf opstapt. En als je níet van iemand af wil, betaal je hem om te blijven. Geld geven aan iemand die uit eigen beweging vertrekt omdat hij nota bene zelf vindt dat hij een sta-in-de-weg is geworden, suggereert op z’n minst opluchting dat hij dat eindelijk zelf inziet, maar is in wezen zelfs de publieke bevestiging van die opvatting.
Het degradeert McClaren tot een zielig geval. Wat een respectloze handeling!
Bellen (25 februari)
Erg moeten lachen om Jeremain Lens vandaag, vanwege de verklaring na zijn gesprek met de directie van PSV. Hij begon nog geloofwaardig na een nachtje slapen. ‘Ik keur absoluut niet goed wat ik heb gedaan. Ik had Mathijsen niet vast moeten pakken, had hem niet op moeten wachten. Doordat iedereen er bovenop dook, is het groter geworden dan de bedoeling was. Ik accepteer de straf van PSV.’
Maar toen ging hij uitleggen wat er volgens hem dan precies was voorgevallen. ‘Er is verder niets tussen Mathijsen en mij. Het is op het veld ontstaan gisteren. Ik wilde nog even vragen hoe het precies zat. Dan ontstaat er iets wat niet de bedoeling was. Achteraf had ik misschien beter met hem kunnen bellen.’
Ik wil niet veel zeggen, maar als Jeremain op deze manier een gesprek begint als hij alleen even wil vragen hoe het precies zit, ben ik benieuwd wat hij doet als hij boos is. En word ik erg nieuwsgierig naar zijn telefoongesprekken. Als ik Joris was, zou ik in ieder geval maar een paar dagen niet opnemen.
Of snapt zelfs Jeremain inmiddels hoe het zit?
Voorbeeldfunctie (24 februari)
Daar gaan we weer. Als de laatste maanden ergens op gehamerd is, dan is het dat de spelers in het betaald voetbal een voorbeeldfunctie hebben en zich dus dienen te gedragen. Binnen het veld, maar zeker ook daarbuiten. Dus past het niet om in de catacomben je tegenstander op te wachten om hem nog even bij de borstharen te grijpen, zoals Jeremain Lens zich ten opzichte van Joris Mathijsen permitteerde. Dat is bovendien niet handig, want ten eerste heeft Joris zijn vriendjes bij zich en ten tweede hangen overal camera’s. Dat moet iemand uit Eindhoven toch inmiddels weten.
Ronald Koeman zei het treffend na afloop van Feyenoord-PSV: ‘Binnen de lijnen moet je het doen, daarna moet het voorbij zijn.’ Terecht meldde Dick Advocaat dan ook dat er nog met Lens gesproken gaat worden over het behouden van de zelfbeheersing, temeer omdat het hier toch een gevalletje voorbedachten rade betrof. Tijd genoeg, want Lens is de volgende wedstrijd toch geschorst vanwege een flinke overtreding tijdens de wedstrijd zelf.
Maar laten we er vooral wat voorbeelden tegenover stellen. Trainer Brood van Roda JC heeft zich níet fysiek afgereageerd op de scheidsrechter, die na al twintig minuten om duistere redenen een verdediger rood gaf en FC Utrecht een penalty toekende. Eindresultaat: 4-0. En Frank de Boer laat spelers die er een specialiteit maken om kansen te missen en een scheidsrechter die twee kostbare doelpunten over het hoofd ziet, zelfs volledig ongemoeid.
Voorbeeldige zelfbeheersing. Maar dit soort trainers nemen hun voorbeeldfunctie wel érg serieus.
Beuk of ballen (23 februari)
Een protestmars naar het stadion, eindigend met een kranslegging bij het standbeeld van Abe Lenstra, wat kleine vuurtjes, achtergrondgebral en een spandoek met de tekst: ‘Zolang de oorlog in de media blijft leven, is onze club ten dode opgeschreven.’ Geen kwaad woord, geen rellen, geen gedoe. Zelfs de kemphanen Veenstra en Van der Velde bijna naast elkaar op de tribune. Wat moet het leven in Heerenveen heerlijk zijn, waar een spandoek tot op de komma correct is en ruzie betekent dat je zwijgend in elkaars nabijheid vertoeft.
En dan heeft ook de trainer nog het licht gezien. ‘Op een gegeven moment is het: schouders eronder met elkaar en de beuk erin. Als je alleen maar op de momentjes wacht, kom je ook tekort.’ Aldus Marco van Basten, met overigens nog heel veel nuanceringen.
Op de één of andere manier gun je zo’n club een gelukkige overwinning toch meer dan het FC Groningen van Robert Maaskant. Die verklaart na een winnende mazzelgoal in de drieënnegentigste minuut met maximale arrogantie dat zijn team heeft gekregen wat het verdiende doordat de spelers in de tweede helft ‘ballen hebben getoond’. Ze hadden namelijk ‘de beslissing genomen dat we deze wedstrijd moesten winnen’.
Maar ja, als het zo uitpakt, was het wel een goed idee van Maaskant.
Wilskracht (21 februari)
Het kan natuurlijk zijn dat die linksback van Steaua alleen maar wilskracht getankt had en dat die tank heel even leeg was toen hij diep in de tweede helft uit voorzorg even op de zij gelegd moest worden om hem niet te laten stikken in mogelijk oprispend braaksel. Maar dat hij vervolgens met een paar welgemeende, bemoedigende woorden weer voldoende munitie had om continu alles en iedereen op te jagen die hem waar dan ook op de linkerflank voor de voeten durfde te komen.
Het is ook helemaal niet uitgesloten dat gebrek aan wedstrijdritme geen enkele nadelige invloed heeft op het uithoudingsvermogen dat nodig is voor honderdtwintig minuten draven op een loodzwaar knollenveld. Dat er zelfs geen reden hoeft te zijn voor de minste krampverschijnselen.
Maar als dat zo is, dan zou het voor Frank de Boer toch een kleine moeite zijn om ook eens op wilskracht te trainen? Dat is veel effectiever dan al dat voetbaltechnisch en –tactisch geleuter en het gehamer op verfijnd combinatiespel, zo is nu toch wel eens ten overvloede gebleken.
Stormachtig (20 februari)
Ik denk dat de spelers van Barcelona elkaar in het vliegtuig naar huis nog steeds verbijsterd aan zaten te kijken. Dat ze in Glasgow tussen een horde wilde beesten terechtkwamen, was voorzien. Maar in Milaan hadden ze op niet meer gerekend dan een korte razernij van een clubje modieuze luxepaardjes met meer aandacht voor hun kapseltjes en ego-kunstjes dan voor een gezamenlijk strijdplan. Bleek er opnieuw sprake van een georganiseerde bende.
Met z’n allen bij elkaar hingen ze loerend achterover, totdat ze er met vier, vijf, zes man briesend uitstormden. Eruit, eropaf, er tegenaan en zo nodig er dwars doorheen. Met handen en voeten of met de kop vooruit. En met op de tribune een orkaan van gejuich. Daar zat inderdaad geen theaterpubliek, zoals Mark van Bommel terecht voorspeld had.
Ik ben na de avondjes Bayern en Milan pessimistisch geraakt over de toekomst van het zuivere tikkie-takkie-voetbal. Er zal meer nodig zijn om aan de top te blijven. Felheid, kracht, hardheid, onverzettelijkheid. Ausdauer vooral. Negentig minuten gaan, gaan en nog eens gaan. In noodweer tegen de berg opvliegen als een maximaal geprepareerde wielrenner, want anders donder je er zonder pardon vanaf.
Barcelona moet oppassen. Het voetbal ontwikkelt zich stormachtig.
Uitdaging (19 februari)
Wat een geluk dat Ajax al uit de Champions League is geknikkerd. Je zal toch maar tegen Bayern München moeten spelen in de knock-outfase. Arsenal is natuurlijk niet geweldig meer, maar als die ploeg thuis al opgerold wordt, hoeft geen Nederlandse club de hoop te hebben enigszins overeind te kunnen blijven tegen die jagende Duitse meute. Irritant goed.
Dat zou de keuze van Guardiola om volgend seizoen trainer te worden in München kunnen verklaren. Die krijgt daar de beschikking over een superieur leger, plus nog tweehonderd miljoen euro om dat te versterken. Daar kunnen zelfs Barcelona en Real Madrid samen niet tegenop. Dan kan voorzitter Uli Hoeness wel beweren dat Bayern er niet op uit is om de concurrentie te verzwakken, maar dat wordt nog een hele kunst met zo’n bedrag.
Aan de andere kant roept de keuze van Guardiola juist vragen op. Je veronderstelt dat een trainer die met de beste voetballers ter wereld gewonnen heeft wat er te winnen valt, er eer in schept te bewijzen dat hij ook met mindere goden ver kan komen. Daarvoor is München de verkeerde plek. Wat is de uitdaging daar voor Guardiola? Heeft hij zó’n moeite met de taal?
Saai (18 februari)
De beer is los. De volgens Gertjan Verbeek disrespectvolle, denigrerende, neerbuigende en verschrikkelijke, subjectieve aanklager gaat de uitspraken van Verbeek onderzoeken. Ik ben erg benieuwd wat er te onderzoeken valt. Volgens mij heeft Verbeek gewoon gezegd wat hij heeft gezegd. Ik heb dan ook zo’n donkerbruin vermoeden dat ik het resultaat van dat onderzoek al ken: Verbeek kan een sanctie tegemoet zien. En het vervolg heeft Verbeek ook al bekend gemaakt: hij stapt naar de burgerrechter. Waar hij natuurlijk niets mee opschiet, want die doet geen uitspraak in voetbalzaken.
Ander geval. PSV heeft zijn zorg uitgesproken over de kaarten die de scheidsrechters nogal snel trekken op het moment. Het is bedoeld als signaal aan de KNVB, om bij te dragen aan ‘het structureel verbeteren van het niveau van de arbitrage op de Nederlandse velden’. Is de zuiverheid van dat signaal dan niet ook een onderzoekje waard?
En laten we dan ook meteen voor eens en voor altijd onderzoeken wat er in 2004 op het EK in Portugal precies tussen Advocaat en Van Hanegem is voorgevallen. Dan zijn we daar misschien uit voordat de heren elkaar in een bejaardenflat in de kunstharen vliegen.
Nee, dan Brazilië. Neymar en zijn tegenstander werden na een flinke schop en duw uit het veld gestuurd. Commentaar van Neymar: ‘Ik weet niet wat er gebeurde. Niemand van ons had rood moeten krijgen. Voetbal wordt echt saai. Zowel voor de spelers als de supporters.’
Nou jongen, hier niet hoor.
Doorgeslagen (17 februari)
Marco van Basten is boos. Hij vindt dat de scheidsrechters in Nederland normen hanteren die bij zaalvoetbal horen en geen kaarten zouden moeten trekken als spelers niet de intentie hebben om anderen gemeen te raken. Gertjan Verbeek is ook boos. Hij gaat niet in beroep tegen een schorsing voor Viergever, omdat hij zich niet met respect benaderd voelt door de aanklager betaald voetbal. En ook Mark van Bommel is boos, maar die is altijd boos als hij een gele kaart krijgt.
We zijn in Nederland helemaal doorgeslagen, vinden ze alle drie. Komt door de striktheid waarmee de scheidsrechters de regels toepassen. En dat komt natuurlijk ook weer door de nadruk die de laatste tijd op het belang van respect wordt gelegd. Dat wil zeggen, op het respect voor het gezag. Het zou wel een graadje minder mogen met dat eenzijdige gehamer op respect waarvan mensen die opkomen voor hun eigenbelang het slachtoffer worden, aldus Verbeek.
Ze hebben gelijk: we zijn doorgeslagen. De vraag is alleen of we doorgeslagen zijn in het strijden voor respect of dat we inmiddels al weer doorgeslagen zijn in het opkomen voor ons eigenbelang.
Home (16 februari)
Je vraagt je af of Steve McClaren zelf niet ziet dat hij niet meer te handhaven is bij FC Twente. Het spel is niet om aan te zien, er is dit jaar nog niet gewonnen en hij wordt al wekenlang bespot in kranten en televisieprogramma’s vanwege zijn inhoudsloze teksten. De maniertjes die ooit als ludiek werden beschouwd, worden hem nu nagedragen. En tot overmaat van ramp hebben ook zijn eigen supporters zich tegen hem gekeerd.
Vorige week moest hij na de wedstrijd al de bus uit om tekst en uitleg te geven aan een ontevreden meute. Tegen Willem II bleef een heel tribunevak de eerste tien minuten leeg. En ‘Go home’ was de vriendelijkste spandoektekst in het stadion.
Maar Steve wijt de negatieve prestaties aan het gedoe rond de mislukte transfer van Leroy Fer tijdens de winterstop. En hij heeft ook een belangrijke boodschap voor de fans, aan wie hij zich gestoord zegt te hebben. ‘Het team heeft nu de steun van de fans nodig, geen demonstraties van fans die zich tegen het team keren of gefluit in het stadion.’
Wees nou wijs, Steve. Een trainer die verwijten gaat maken aan zijn supporters is als een politicus die beweert dat de kiezers het niet snappen. Hij verliest het altijd.
Blind (15 februari)
‘De club kent in ieder geval mijn mening,’ reageerde Frank de Boer op de suggestie in Langs de Lijn dat hij tegen contractverlenging voor Daley Blind zou zijn. De vraag is of die mening zich laat raden. Ja, dat Blind ‘de voorbije maanden reuzensprongen heeft gemaakt’ en daardoor ‘nu in een zetel’ zit, dat geloven we. Maar of dat nou betekent dat De Boer Marc Overmars geadviseerd heeft om Blind voor Ajax te behouden of hem juist te lozen, wordt er niet duidelijker op.
Je kunt je haast niet voorstellen dat hij weg moet. Hij is vanaf zijn jongste jeugd bij Ajax, is bezig aan een sterke periode, kersvers international en net volledig in de armen gesloten door de supporters. Net als zijn vader is hij dwars door alle stormen heen zijn club trouw gebleven en uiteindelijk beloond met complimenten van zijn grootste criticasters.
Maar aan de andere kant moet niemand verbaasd zijn als De Boer in het belang van de club een keiharde, berekenende lange-termijndenker met een Visie is, net als zijn voorgangers Michels, Cruijff en Van Gaal, die respectievelijk Van Duivenbode, Silooy en Roy van harte aanmoedigden om te vertrekken.
Voor Blind zelf moeten we eigenlijk hopen dat hij na dit seizoen ergens anders zijn reuzensprongen moet maken. Want juist als hij níet in een zetel zit, haalt hij het beste uit zichzelf.
Kinderploegje (14 februari)
Je kan niet zeggen dat die louche voorzitter van Steaua Boekarest ongelijk had toen hij Ajax een ‘kinderploegje’ noemde. Een volwassen Ajax had die Roemenen na de 2-0 helemaal opgerold, maar dit team liet zich juist terugdrukken en mocht Cillessen dankbaar zijn dat de tegengoal uitbleef. Even zette Steaua aan en het werd knap benauwd voor het Ajax-doel. Je moet er niet aan denken dat die Roemenen wél wedstrijdritme hadden gehad.
Prettig was eveneens dat de trainer die twee Braziliaanse aanvallertjes er niet vanaf het begin inzette. Ook baby’tjes, te fragiel blijkbaar nog voor de volledige klus, maar behendig en razendsnel.
Of was het juist een teken van volwassenheid dat Ajax weigerde meer doelpunten te forceren en in plaats daarvan de bal vooral ging rondspelen? Volgens Frank de Boer was dat ongetwijfeld zo, want hij verklaarde het belangrijker te vinden dat er geen tegendoelpunten geïncasseerd waren dan dat ze er zelf twee gemaakt hadden. En volgens de wetten van het internationale voetbal had hij gelijk.
Toch zou ik liever hebben gehad dat ze er als een trots kinderploegje nog twee hadden gemaakt dan dat ze zo nodig moesten bewijzen volwassen te zijn.
Lulkoek (13 februari)
Ronald Koeman had zondagavond bij Studio Voetbal een vileine opmerking over de jeugdopleiding van Ajax. Dat die altijd zo geroemd werd, maar dat er volgens hem momenteel niet zoveel Ajacieden in het Nederlands elftal spelen. Feyenoorders wel: zes, waarvan er drie zo uit de jeugdopleiding komen. Klopt, want de jeugdopleiding van Ajax sponsort het Deense elftal, zou Frank de Boer kunnen tegenwerpen, maar dat argument was Koeman voor: Ajax koopt zijn jeugdopleiding bij elkaar. O ja, en trouwens, de A1 van Feyenoord was bezig gehakt te maken van de A1 van Ajax toen de wedstrijd vanwege de sneeuwval moest worden gestaakt.
Koeman kreeg er schik in en stelde dat Ajax bovendien geen plan B had in lastige wedstrijden. Dat werd De Boer te gortig. Hij reageerde in het perspraatje voor de wedstrijd tegen Steaua Boekarest. ‘Dat is lulkoek. Wat is het plan van Feyenoord dan? Alles op Pellè toch?’
Het kan niet anders of Koeman heeft er met plezier kennis van genomen. De Boer op de kast, altijd leuk. En bovendien, alles op Pellè blijkt toevallig een heel goed plan. Net als de jeugdopleiding als springplank naar Oranje. Met een goed plan A heb je helemaal geen plan B nodig. Dus lulkoek was het inderdaad wel.
Waanzinnige (12 februari)
Lekker weer eens Zlatan Ibrahimovic gekeken, in de hoop dat hij iets geniaals of iets krankzinnigs zou laten zien. En in de wetenschap dat hij zijn publiek zelden teleurstelt. Ook dit keer niet. PSG was Valencia de baas. En hoewel die ploeg vlak voor tijd nog tegenscoorde en terugkwam tot 1-2, was er niets aan de hand. Behalve dan dat Ibrahimovic niet gescoord had en ook niet echt had uitgeblonken. Toch iets aan de hand dus.
Iedere andere speler haalt daar zijn schouders over op. Kan gebeuren. Misschien bij Messi en Ronaldo niet, maar bij de rest wel. Zelfs bij Zlatan. Vindt iedereen, behalve Zlatan. Die wordt daar sikkeneurig van. En als hij dan in de laatste minuut ook nog eens bij de cornervlag door een tegenstander wordt gehinderd, zeg maar dwarsgezeten, wordt hij zelfs pissig. Ja, en dan gaat hij quasi per ongeluk op iemands voet staan, à la Theo Janssen.
Mag niet, hoort niet, maar hoort wel bij Zlatan. Heerlijk, want ik zat er op te wachten. En hij beloont me ervoor. De wereld klopt nog, weet ik dan. Hij zal waarschijnlijk één wedstrijd geschorst worden en mag dan de volgende ronde weer meedoen. Mooi.
Alleen is er dan zo’n waanzinnige, PSG-trainer Carlo Ancelotti, die gaat jeremiëren dat hij het ‘oneerlijk’ vindt dat Ibrahimovic rood kreeg. Die man snapt er niets van. Zou trouwens zomaar de volgende trainer van Real Madrid kunnen worden. Dat dan weer wel.
Sfeer (11 februari)
Was een beetje jammer voor Ajax, dat de harde supporterskern besloten had een keer naar de wedstrijd te kijken in plaats van de negentig minuten hossend vol te maken, de blote rug naar het veld toegekeerd, de armen om elkaars schouders geslagen en monotoon, zeurderig gejank uitstotend. Uit protest tegen de stadionverboden die de club de laatste tijd heeft opgelegd aan raddraaiers, gingen ze eens opletten wat ze normaal eigenlijk missen. Ik weet niet wie er het meest geschrokken zijn: de spelers van de stilte in het stadion of de supporters van het spel.
De spelers toonden zich in ieder geval niet blij verrast. ‘Ze hadden ons wel iets meer kunnen steunen, dat wilden wij als spelers allemaal,’ zei Ricardo van Rhijn mede namens zijn teamgenoten. Maar het kan niet anders of de supporters hebben het na één zo’n wedstrijd ook wel weer gezien, dus dat komt wel goed.
Echt verontrustend was pas de reactie van nieuwe aanwinst Cuenca. ‘We couldn’t win today, but what a great atmosphere at the Amsterdam Arena!,’ twitterde hij. Als ik Overmars was, zou ik nog maar eens checken of dit wel de Cuenca is die Camp Nou tijdens wedstrijden vanaf het veld heeft beleefd.
Wijvensport (10 februari)
De scheidsrechter heeft het weer gedaan. De strafschop tegen PSV was geen strafschop, vonden ze bij PSV. De rode kaart voor AZ-speler Viergever was geen rode kaart. En de rode kaart tegen Ramos van RKC al helemaal niet. Nou was die laatste kaart ook wel erg sneu, want Ramos stond als invaller nog geen minuut in het veld.
‘Ik had het me anders voorgesteld,’ zei Ramos na afloop, ongetwijfeld mede namens zijn trainer. ‘Ik vond de beslissing veel te zwaar. Met sommige scheidsrechters kun je goed praten of maak je een dolletje, maar Vink wil graag autoritair zijn en de boeman spelen.’
Trainer Verbeek van AZ signaleert zelfs een trend. ‘Waar we hier in Nederland naartoe gaan, is een soort wijvensport. We kunnen beter gaan korfballen of zo. Schijnbaar staan deze mensen dusdanig onder druk dat ze niet meer in staat zijn om een fatsoenlijke wedstrijd te fluiten. Ik denk dat de huidige generatie scheidsrechters mentaal niet weerbaar genoeg is. Ik vind al jaren dat we doordraaien, maar ik ben gestopt met mijn kruistocht tegen scheidsrechters, want het lost toch niets op. Het wordt er niet beter op, dat is duidelijk.’
De commentaren stroken absoluut niet met de recente roep om respect. Maar wat is het toch heerlijk dat sommige mensen weer eens gewoon zeggen wat ze vinden, zonder daarbij de irritante houding van Robert Maaskant aan te nemen. Al zou een beetje meer respect voor vrouwensport geen kwaad kunnen.
Mannetjes (9 februari)
Ineens waren ze er weer, de mannetjes. Scheidsrechter Van Boekel floot voor een strafschop voor Vitesse en onmiddellijk stonden Van Bommel en Strootman op tien centimeter afstand in zijn gezicht te schreeuwen. Theo Janssen stond met de bal in zijn handen om die aan Bony te geven en Van Bommel en Strootman liepen hem gesticulerend voor de voeten. Doel: op cruciale momenten zo vervelend mogelijk zijn om anderen te intimideren en uit hun concentratie te brengen. ‘Als die paar procenten helpen om het team te laten winnen, doe ik het,’ zo werd Strootman ’s ochtends nog geciteerd in de Volkskrant. Je kunt er bewondering voor hebben, maar de mannetjes beginnen ook steeds meer de uitstraling van een komisch duo te krijgen.
Dat vond Janssen blijkbaar niet. Hij raakte dermate geïrriteerd dat hij zich even later liet verleiden tot een schop die Strootman eerst miste, maar bij het neerkomen toch vol op de voet trof. Ook een mannetje, hoor, die Janssen, maar dan bij vlagen wat dommer.
Maar Bony heeft maling aan mannetjes. Die maakt gewoon zijn doelpunten, nu hij op weg naar Rusland nog even Arnhem aandoet.
Focus (8 februari)
Als je iets vertrouwelijks met Fred Rutten te bespreken hebt, moet je het in de kleedkamer doen, zoveel is de laatste dagen wel duidelijk geworden. Dan kun je er welgevoegelijk van uitgaan dat niemand, maar dan ook werkelijk niemand te weten komt wat er gezegd is. Hij doet daar geen mededeling over, bezweert hij.
Het enige wat hij wil zeggen, is dat wat hem betreft de focus volledig op de volgende wedstrijd gericht moet zijn. Die tegen PSV. Maar dat zou dus betekenen dat hij daarover in ieder geval níet heeft gesproken in de kleedkamer. Dat geeft te denken.
Het is voor Rutten te hopen dat zijn spelers naar de televisie hebben gekeken en zo zijn pleidooi voor focus toch hebben meegekregen. Want als het tegen PSV niet goed gaat, zou het me niks verbazen als de heren Kasakowski en Jordania hem binnenkort alsnog flink de mantel uit komen vegen. En ik ben bang dat zij de kleedkamer daar de meest geschikte plek voor vinden.
Taal (7 februari)
Waar zo’n vriendschappelijke interland al niet goed voor kan zijn. Nieuwe spelers uitproberen uiteraard. Kijken of spelers van verschillende clubs met elkaar overweg kunnen in het veld. Uitvinden of jonkies al onder druk kunnen presteren. Tactieken als ‘provocerende pressing’ inslijpen. Toetsen of het nieuwe uit-tenue ook buiten het Rijksmuseum zonder al te veel hoon begroet wordt. Testen hoe snel een orkest er volksliederen doorheen kan jassen. You name it.
Maar nu blijkt dat er nog een heel belangrijke factor is, die ik nooit op waarde heb geschat: de tegenstanders komen uit een ander land. ‘Het lastige is ook, die Italianen spreken een andere taal,’ verklapte Bruno Martins Indi na afloop. ‘Je weet daardoor niet wanneer ze de bal gaan inspelen.’
Kijk, dat is nog eens interessant: dat internationals leren om signalen in het spel op te pikken die erop wijzen wat er precies gaat gebeuren. Dat ze niet zoals in de competitie blind varen op de uitroep ‘ik ga nu de bal inspelen, hoor’ van de middenvelder.
Je kon in de laatste paar minuten merken dat het nog wel even wennen is, maar die Martins Indi komt er wel, daar ben ik van overtuigd. Wel hoop ik voor hem dat zijn komende competitietegenstanders nu niet ineens, om hem in verwarring te brengen, ook allemaal in een andere taal aanwijzingen aan elkaar gaan geven.
Zonde (6 februari)
Daar gaan we weer: Italianen kennen niet van je winnen, maar je ken wel van ze verliezen. Of tegen ze gelijkspelen dus, maar dat voelt als verlies want zij hebben nauwelijks iets kunnen doen om dat te rechtvaardigen. Buiten de laatste twee minuten om dus, toen ze ineens drie enorme kansen creëerden om ons even in te wrijven dat we toch niet van ze kennen winnen.
Ik heb trouwens ineens wel mijn vermoedens: matchfixing. Ik heb die Kuijt door de jaren heen een hoop kansen zien missen, maar zo onbeholpen als drie minuten voor tijd, bij de stand 1-0, nog nooit. Helemaal vrijgespeeld door Maher slaagde hij erin om het klunzigste rollertje in jaren te produceren. Zodat de achterstand van de Italianen niet onoverbrugbaar zou worden, ben je geneigd te denken.
Wat ik zelf dan weer niet denk, want Dirk sluit geen dealtjes met Italianen. Ik denk eerder dat Dirk bij de Chinees ingezet had op 1-0 en dus met het rollertje zijn centjes dacht veilig te stellen. Niet dus, want het blijven Italianen. Draaide bij de 1-1 waarschijnlijk toch zijn maag weer om.
Tja, je moet ook niet alleen geld inzetten, maar natuurlijk ook de Italianen nog omkopen, anders is het geen matchfixing. Leert het nooit, die Dirk.
Onbegrijpelijk (5 februari)
Het is met die matchfixing in het voetbal net als met de doping in de wielrennerij. Iedereen wist het al lang, maar nu het aangetoond wordt, doet iedereen ineens van oh, oh, oh, wat erg. Tot journalisten aan toe, die zich geschokt tonen. À la Mart Smeets, die beweert: ‘Ja, maar ik had het Lance elke keer opnieuw gevraagd en hij zei steeds dat het niet zo was. Hoe kon ik het dan weten?’ Allemaal slap gelul. Dat het nooit bewezen was, is iets anders. Maar iedere journalist of speler die echt niet wist van omkoping en doping, heeft met zijn ogen dicht en verstand op nul rondgelopen.
Alleen voor Dirk Kuijt maak ik een uitzondering. ‘Als ik daaraan denk, draait mijn maag om. Ik heb zelf nooit het gevoel gekregen dat zulke dingen gebeuren. Heel verrassend en onbegrijpelijk.’
Dirk voetbalt in Turkije, waar matchfixing schering en inslag is. Anderhalf jaar geleden is zijn eigen club Fenerbahçe door de UEFA nog uit de Champions League geweerd vanwege het kopen van het kampioenschap. Maar dat is waarschijnlijk allemaal langs Dirk heen gegaan. Dat is geen dommigheid, maar onvermogen tot verdorvenheid. Dirk komt uit Katwijk, is godvrezend en de rechtschapenheid zelve. Hij denkt nog steeds dat in het voetbal vooral hard werken loont.
Hij zou gelijk moeten hebben. Misschien dat hij bij Fenerbahçe kan beginnen met een laatste poging om het tij te keren: ‘Jongens, nou stoppen met dat matchfixing-gedonder. Het hoort niet, het mag niet en het moet niet. En mijn maag draait ervan om.’
Als dat niet helpt, is het echt onbegrijpelijk.
Stout (3 februari)
Groningen-trainer Robert Maaskant ontpopt zich steeds meer tot het stoutste jongetje van de klas. Bleef hij eerst wekenlang mopperen over het ‘Respect’-bandje waarmee scheidsrechter Gözübüyük hem terechtwees, nu heeft hij commentaar op scheidsrechter Higler, die hem naar de tribune stuurde. Higler kapittelde hem tijdens de wedstrijd tegen AZ omdat hij brulde: ‘Dat is toch geen overtreding?’ Om, pas toen Higler al weer weggelopen was, luidkeels te vervolgen: ‘Hé, ik heb het tegen mijn bank.’
Oude truc: heel hard tegen je eigen spelers roepen dat ze niet moeten protesteren, want de scheidsrechter heeft gelijk. En dan daaraan toevoegen: ‘Ook als hij het niet heeft.’ En desnoods, nog sarcastischer: ‘Daar kan hij ook niets aan doen, want het spel gaat heel snel.’ In allerlei varianten uiteraard. Maar, bij een reprimande van de scheidsrechter, altijd afgesloten met: ‘Ik heb het tegen mijn eigen speler, hoor. En ik zeg toch juist dat hij zich rustig moet houden?’ De Mark van Bommel-schijnheiligheid. Maar Maaskant kan er ook wat van.
Hij werd weggestuurd dus. En wat deed hij. Niet de tribune op gaan, maar achter de dug-out gaan staan. ‘Ik heb de wedstrijd daar prima kunnen volgen,’ vermeldde hij na afloop trots. Lange neus naar Higler. Jammer dat Gözübüyük niet even in de buurt was.
Rasmus Lindgren toonde zich een snelle leerling van zijn nieuwe trainer. In de eerste helft had Higler tegen hem gezegd dat hij geen commentaar meer mocht leveren op zijn beslissingen. Waarna Lindgren in de tweede helft zwijgend, maar met grote armgebaren op Higler af kwam. Hij kreeg geel. Zijn verweer zal ongetwijfeld geluid hebben: ‘Ik zei toch niks?’
Volgende keer naast je coach achter de bank gaan staan, zou ik zeggen.
Vriendin (2 februari)
Ergens begrijp ik die Vejinovic wel. AZ wilde Willie Overtoom kopen van Heracles. Maar Heracles had liever dat AZ een andere speler zou overnemen en bood Marko Vejinovic aan in zijn plaats. Waarop Vejinovic inderdaad werd uitgenodigd voor een gesprek over een eventueel contract. Wat denk je dan, als je eigen club een concurrent op de gedachte brengt om liever jou aan te trekken?
Vejinovic stuurde zijn vriendin naar het gesprek. Mooi statement: als jullie niet zelf kunnen bedenken dat je mij graag wil hebben, laat ik ook iemand anders eerst uitzoeken of jullie wel een interessant aanbod hebben. Ik hoef niet zo nodig bij mijn club weg, de club wil blijkbaar van mij af.
AZ zet wil hem inmiddels niet meer en heeft alsnog Overtoom gecontracteerd. Met instemming van Vejinovic dus.
Is trouwens een aanrader voor anderen, die ongewenste gesprekken moeten voeren. Heeft Fred Rutten niet een vriendin die hij naar het aanstaande gesprek met die Kasakowski, algemeen directeur van Vitesse, kan sturen? Hij heeft immers een geldige reden: hij is ziek.
De gesprekken worden er bovendien een stuk gezelliger van. De enige met wie ik zou oppassen bij moeilijke gesprekken, is Jerson Cabral. Die stuurt zijn vrienden, die er in een paar maanden tijd in geslaagd zijn met luidruchtige spelletjes, alcoholgebruik, intimidaties en gerace in de parkeergarage al zijn buren tegen hem in het harnas te jagen.