Je bent zo weer de man (28 februari 2011)
‘Twee keer scoren en je bent zo weer de man,’ zei Bas Dost voorafgaand aan het duel tegen Willem II waarin hij voor het eerst sinds een maand of vier weer in de basis mocht beginnen. Een waarheid als een koe natuurlijk, want voetballers worden afgerekend op de goals die ze maken. En zeker spitsen. Maakt niet uit hoe de ballen erin gaan, als de doelpunten maar op hun naam komen te staan.
Dost begon dus goed zaterdagavond. Het kopballetje waarmee hij Heerenveen op een 2-0 voorsprong zette was weliswaar de lulligheid voorbij, maar dat weet een dag later niemand meer. De fantastische dribbels van Narsingh hebben uiteindelijk minder waarde dan een knikje met het hoofd op twintig centimeter van de doellijn. Maakt niet uit, het zij Dost gegund. Maar dan moet hij niet vergeten om er nog een te maken, zeker als hij vooraf ook nog heeft gezegd dat hij het verschil wil maken voor zijn club. Waarbij je je overigens vooraf kon afvragen of het nodig zou zijn om het verschil te maken tegen Willem II, dat van zijn vorige 24 wedstrijden er exact één had gewonnen.
Daar nodigt een wedstrijd als PSV-Ajax meer toe uit, zou je denken. Dat is natuurlijk het podium waarop Dost inmiddels graag het verschil had willen maken. Doelpuntje of twee in zo’n wedstrijd, en je bent de man tot ver over de grenzen. Vraag dat maar aan Bakkal en Dzsudzsák, die deze partij vorig seizoen aangrepen om zich met twee goals in de schijnwerpers te spelen. Helemaal het mannetje. En ook Suárez werd van zijn twee goals niet slechter, ondanks de 4-3 nederlaag. Ga er gerust vanuit dat die doelpunten verrekend zijn in de transfersom die Liverpool betaalde. Zelfs Emanuelson zal bij zijn transfer naar Milan profijt hebben gehad van dat ene zondagsschot tegen PSV.
Maar de hoofdprijs was ongetwijfeld voor Dzsudzsák. En terecht, want zijn treffers waren fenomenaal. Heel wat meer dan inkoppertjes. Wekenlang was hij niet uit de voetbalbladen weg te slaan en wie daar behoefte aan had, kon ervan smullen. Dat papa en mama in het verre Hongarije intens met hem meeleefden en ongelooflijk trots op hem waren. Dat ze na elke wedstrijd met hem belden en dat mama onbedaarlijk moest huilen als hij gescoord had. Hij was dan helemaal mama’s mannetje, mochten we concluderen.
Maar het mooiste van scoren tegen Ajax, was dat hij met Ajax nog een appeltje te schillen had. Ajax had eerder interesse voor hem getoond dan PSV. Maar toen puntje bij paaltje kwam, had Ajax hem te licht bevonden. Hij was niet goed genoeg voor Ajax. Dan geven zulke goals ook de man zelf uiteraard extra voldoening.
Voorafgaand aan de wedstrijd van gisteren gooide Dzsudzsák dit verhaal opnieuw in de strijd. Hij was er weer op gebrand om het verschil te maken. Hij wilde tonen in ieder geval goed genoeg te zijn voor PSV, zei hij met een ironisch lachje. Helaas was ook hij niet in staat om de patstelling te doorbreken. Net zo min als bijvoorbeeld Sulejmani aan de andere kant, die tweeënhalf jaar geleden al goed genoeg werd bevonden voor Ajax maar afgelopen donderdag in de wedstrijd tegen Anderlecht eigenlijk pas voor het eerst de man van twee goals werd.
Het was tegen PSV een mooie gelegenheid voor Dost geweest om te laten zien wat hij als goalgetter in huis heeft bij een club als Ajax. Maar voorlopig was het nuttiger geweest om inderdaad eerst tegen Willem II eens het verschil te maken. Zijn voornemen werd in de praktijk gebracht door Willem II-invaller Maceo Rigters, zij het wat onconventioneel. Hij onderscheidde zich door eerst een bal in eigen doel te schieten, maar op het ultieme moment beslissend te zijn met de winnende goal. En dus staat Rigters’ naam vandaag prominent in alle kranten: twee goals en minstens een week de gevierde man van Tilburg.
Maar de man van de week is natuurlijk Georginio Wijnaldum van Feyenoord met vier goals tegen FC Groningen. Voor Dost maakt het overigens weinig uit. Volgende week, Feyenoord thuis. Dikke kans dat Dost weer op de bank moet beginnen. Maar zijn stelling gaat nog volledig op: twee keer scoren en je bent zo weer de man.
Dost begon dus goed zaterdagavond. Het kopballetje waarmee hij Heerenveen op een 2-0 voorsprong zette was weliswaar de lulligheid voorbij, maar dat weet een dag later niemand meer. De fantastische dribbels van Narsingh hebben uiteindelijk minder waarde dan een knikje met het hoofd op twintig centimeter van de doellijn. Maakt niet uit, het zij Dost gegund. Maar dan moet hij niet vergeten om er nog een te maken, zeker als hij vooraf ook nog heeft gezegd dat hij het verschil wil maken voor zijn club. Waarbij je je overigens vooraf kon afvragen of het nodig zou zijn om het verschil te maken tegen Willem II, dat van zijn vorige 24 wedstrijden er exact één had gewonnen.
Daar nodigt een wedstrijd als PSV-Ajax meer toe uit, zou je denken. Dat is natuurlijk het podium waarop Dost inmiddels graag het verschil had willen maken. Doelpuntje of twee in zo’n wedstrijd, en je bent de man tot ver over de grenzen. Vraag dat maar aan Bakkal en Dzsudzsák, die deze partij vorig seizoen aangrepen om zich met twee goals in de schijnwerpers te spelen. Helemaal het mannetje. En ook Suárez werd van zijn twee goals niet slechter, ondanks de 4-3 nederlaag. Ga er gerust vanuit dat die doelpunten verrekend zijn in de transfersom die Liverpool betaalde. Zelfs Emanuelson zal bij zijn transfer naar Milan profijt hebben gehad van dat ene zondagsschot tegen PSV.
Maar de hoofdprijs was ongetwijfeld voor Dzsudzsák. En terecht, want zijn treffers waren fenomenaal. Heel wat meer dan inkoppertjes. Wekenlang was hij niet uit de voetbalbladen weg te slaan en wie daar behoefte aan had, kon ervan smullen. Dat papa en mama in het verre Hongarije intens met hem meeleefden en ongelooflijk trots op hem waren. Dat ze na elke wedstrijd met hem belden en dat mama onbedaarlijk moest huilen als hij gescoord had. Hij was dan helemaal mama’s mannetje, mochten we concluderen.
Maar het mooiste van scoren tegen Ajax, was dat hij met Ajax nog een appeltje te schillen had. Ajax had eerder interesse voor hem getoond dan PSV. Maar toen puntje bij paaltje kwam, had Ajax hem te licht bevonden. Hij was niet goed genoeg voor Ajax. Dan geven zulke goals ook de man zelf uiteraard extra voldoening.
Voorafgaand aan de wedstrijd van gisteren gooide Dzsudzsák dit verhaal opnieuw in de strijd. Hij was er weer op gebrand om het verschil te maken. Hij wilde tonen in ieder geval goed genoeg te zijn voor PSV, zei hij met een ironisch lachje. Helaas was ook hij niet in staat om de patstelling te doorbreken. Net zo min als bijvoorbeeld Sulejmani aan de andere kant, die tweeënhalf jaar geleden al goed genoeg werd bevonden voor Ajax maar afgelopen donderdag in de wedstrijd tegen Anderlecht eigenlijk pas voor het eerst de man van twee goals werd.
Het was tegen PSV een mooie gelegenheid voor Dost geweest om te laten zien wat hij als goalgetter in huis heeft bij een club als Ajax. Maar voorlopig was het nuttiger geweest om inderdaad eerst tegen Willem II eens het verschil te maken. Zijn voornemen werd in de praktijk gebracht door Willem II-invaller Maceo Rigters, zij het wat onconventioneel. Hij onderscheidde zich door eerst een bal in eigen doel te schieten, maar op het ultieme moment beslissend te zijn met de winnende goal. En dus staat Rigters’ naam vandaag prominent in alle kranten: twee goals en minstens een week de gevierde man van Tilburg.
Maar de man van de week is natuurlijk Georginio Wijnaldum van Feyenoord met vier goals tegen FC Groningen. Voor Dost maakt het overigens weinig uit. Volgende week, Feyenoord thuis. Dikke kans dat Dost weer op de bank moet beginnen. Maar zijn stelling gaat nog volledig op: twee keer scoren en je bent zo weer de man.